
land. BEH&sMA ! Bij Velsen. j. n y Ho f f . Biji Arnhem en
op den Doorenwaaad; bij Baarn; op Muiderberg ; bq
de Bild. vH.
333. D u iv e n k e r v e l . De kelk is a-bladig, afvallende.
De bloemkroon onrègelmatig, aan den voet gespoord.
Tv?ee helmdraden, elk derzelve met 3 helmknopjes. De
Zaaddoos i-hokkig, zonder klepjes , i-zadig. Het zaad
aan den wand der zaaddoos vastgehecht. P.
go3. geneéskrachtigeDiiivenkervel, ■ met eene getakte,
uitgespreidè steng , de vruchten kogelrond, ingedrukt,
de bladen van boven tweewerf-verdeeld,
de blaadjes wig-lancetvormig, ingesneden. P.
Tl. Op vele plaatsen in moeshoven en vruchtbare bebouwde
gronden.
Versch. fi. onzeker. — G.
? 8o4, aarvormeiide Duivenkervel, met eene getakte
opgerigte steng, de vruchten langwerpig zamenge-
drukt gerand. i-zadig, de bladen van boven tweewerf
verdeeld, met3-deelige drhadvorïnige blaadjes.
Tl. In de duinen bij Katwijk en Wassenaar, m e e r b u r o
bij G.
Aafttn. Eene twijfelachtige inlandsche plant, welligt met
de Fumaria parvijlora (P.) verward.
2. A c h t h e lm i g e n .
3s3 . K r u is b l o e m . De kelk is 5-bladig , waaronder twee
wiekvormige en gekleurde blaadjes. De zaaddoos omge-
keerd-hartvormig , 2-hokkig, 2-kleppig. P.
805. bittere Kruisbloem, met dg bovenste bladen lijnlancetvormig,
de wortelbladen omgekeerd-eirond,
de kelkwxeken eirond, langer dan de zaaddoos DG.
Tl. Op schrale graslanden en lage heidevelden; bij Harderwijk
op de Gagelkampen; en bij Hartskamp op de
V eluwe. vG.
Aanm. Welligt dezelfde soort met de volgende. vG.
806. gemeene Kruisbloem, met lijn-lancetvormige g e lijkvormige
bladen , de kelkwieken eirond, naauw-
lijkS langer dan de zaaddoos. DC.
T l. Op heide- en duingronden op vele plaatsen.
Acinm, Dezelve wisselt af, met eene blaauwe, violetkleu-
K k 5 ri