^ J ^ ^ h ’geny’zijiils^é^&ls^die van den'Zomerden Len>te^j^|r*.&leeSe.r"-en-meer
' ^skcht nankiqgkleurig op di.'O rider deelen; graauwer j|f§fde £'ö,vendfeej'èh.
Be Bosehzangers Br^eflea, \rij "laat, enjhun nescis zeer, zelden. v,ö$f* ^lei tot
broeijing gereed,. Het lij^ f f f l j den grond, tu^chen ÏÏbog gra^df afgevallen
takken, ^ f ^ ^ d o l c ' in digte heesters^ in- het ee^èJgeVaUisJ&el'bvem ormig, jin
■"Bet tweede - heeft -het min of meer denkvorm van een balj maar 'steeds,metr'dep
ingang’ ;op zijde. Het wordt zaarpgffcteld nft<‘de rditerialén, die i,n\de Jonmid'l' |]i]ki:
nabijheid^aanwezig., zijn; daardoor komt hek zot^zger met d ^ ^ a ’ats, jwaatop het
zich bevindt .'doereen, dft zelfstele- op de? grond levende vijandin van dit Egeltje
^Cweïeisd' ratten|J|nukatten) het ihd©j'|lijk, ja-zelden ontdekken. Xdór'diet Binnenwerk
Vorden ' zaehté worteltjes^ en zachte plantenvezéfc^jjjeb'ezigd/ Men kan^hej.'
hiefdooT van dé nfsten dlr Lente- ei^Zómerzangers onder scheiden;;,;want deze
Beide soorten, gebruiken steeds verren tot voering van haar-, nest* doch de Bosch-
zanger dóét dit nooit, Be èijeren §lk broeisel 'bevat er :-^ijf a zijn aller/
fraaist: Zacht pösT" met _ kleine jlonkerroode^y lekjes* die-zoo gelijkmatige Verdeeld
zijn, alsof ze er met. de :pen op. geteekend waren.
Het voedsel dezer vogeltjes .bestaat hoofdzakelijk in inseé.ten, 7vooral muggen,
kleine spinnen en' rupsem De eieren van kleine insecten, :Sg]|ijnen zij. daarentegen
niet te eteiy ® daaraan zal het dah ook wel moeten taegeschreVep worden, dat
zrj- eerst-later in de lente tot ons overkomeiu
Men kan* ze in desa gevangen staat levend houden,, doch dit vereisqht zeer
veel zörg; “ Zóódra men er een gevangen heeft, beginne men met hem' een paar
kleine meelwormen te geven, en bestrooije den bodem der kooi met miereneijeren.
Hoé stiller de gevapgene Wordt behandeld, des te beter én, spoediger zal hij zich
aan zijne veranderde levenswijze gewennen; der meeste zwakkere vogels sterven
door hét schudden en herhaaMelijk verplaatsen; der koeijeh', waarin, zij. uren lang
gedragen en verhuisd worden, alvorens het. oord hunner bestemming te bereiken.
Eten zij maar eerst* dan volgt bet overige als van zedfjr d « h zijni zij. stil en
worden zij, wat de vogelaars' noemen: „hol” , dan waarlijk doel men ’t best* hun
dé vrijheid terug te gevenu Het zijn toch. te nuttige diertjes,, dan dat hun doelloos
het léven, het zoo* vrije, onbezorgde leven zou worden ontnomen. Bq eene góede
behandeling echter houden velen het den geheelen zomer in de kamer of de
koói uit, zoo goed alsof zij daar werkelijk t’huie hóórden. Sedert twee maanden
heb ik er een in de kamer rondvliegen;, nu en dan neemt het zijn intrek in, eene
"geopende.^^^pHet zingt ^en geheelen dag dóór, en soms hoor ik het ook’s nachts,
dan élecht§gedurende eenige weinige oogenblikken. Nu het eenmaal aan de
koo&'is' gèwend, is het zeer-mak en vertrouwelijk en komt Zelfs soms naar mijne
hand toévliegen, wanneer ik de v|rqr hem bestemde meelwormen gereed houd.
d p k baadWz^S'.herhaalcl.elijk in een bakje, dat. te dien einde is neêrgezet. Tegen
den- middag gaat/hetein de kooi rustig op zijn stokje zitten, en verheugt mij nu
en dan met, eendacht-- gekweel', Zoovel’ als eene repetitie voor de straks weder
"beginnende andante. Gedurende,eenige uren van .den dag geeft het zich aan lui-
héïdk-over, zóó 'zelfs,- dafthék dan .niet eens de moeite neemt, om eene voorbij
-sriöfcrénde vlieg‘tê pakken; somkre.phtèr.'1grijpt het 'er' een, doch blijft dan rustig
wijkt mei van zijne plaats. Ik v Jm het met gehakt vleeseh en ei,
waaronder eeiTmeelw'ormiw^rp; ggiqengd. Ander vófilselfnuttigt het nimmer, en
zelfsvmiefeneiierémp l ^ f jneeste- andere, vóorjvèrpen tlêzèr soort zoo gaarne eten,
roeftvhël iaiet aan.