, -f^T *. 7 ?
D ■ C A ftli R.C.A -EEN D.
m m m MfjrrL A,
.d^pmotn^^eibAToiik^Ki^sf^Ws^ijt, 7uh door hare vormen, bij de
Bcigt enden a a ^ tsehik \\ïibi #d??h.iilfflfl Donkere wfyrgefnd dedép opmerken* erkent
men tégem\p1m>digJ^1nLeiiï\\i* ^ f /o h ‘V'Ii?f<!1la^ ltt,D 'Todmnri en Gasarca; vandaar
daKm&if^denï hier bedoelden \'ggrJ^dik\\ i jj^ J ! rutila .yjoidt; ;aangeduid.
, Er butaan LsierhttM^^^ ^ lw e ré^dfraini-nloiidp'r^tiSSC'ft'.rt/’ca rangschikt. De,
tweetje'* ''<,)opJi, t /ix h yanMlM6^.\vone,^5ndi rsèheidh door hare,meerdere grootte
er haar grijzen, kop.,jibinjdr ^A^rc^rti/m^velkéf^n-lammen staat uiterst zelden
'yoprkom^ Het ,Yadgplan(l^o^wd^^dr^ji^^OT*èMlt aanmerkelijk, daar C. cana
uitsluitend Zujdj- Vftika (Kaaplandóglifyvoojït .■ teiwijl <fe£C rutila in het Zuid-Ooston
van Fuiopi, m Vooid-4-fnkï^ylndii u, ( him^gexonden^wordfe«
; Bij. de.'Kaajw h< boeien dra ag t;/1' rnna , den iaanr Bèrgénte, wegens hare
, Tgewoonte^hi^^^ ^ ^ ^ ^ a ^ ^ ^ ^ ^ t e 1- nestelen.?,,^
* De jQcwoné 'Gif’tarru^m ' fiu’Jdi/, .S7if/>ba/>e,dPr£ Engelschcnl is tegenwoordig
een algemeenc vijvn vogel, en^o@jirar®iet zoo‘sppedigb1a^Ke,ïWaaijer- en,Caroline,
Eenden ^ l’örHelende, n* zijbjph van lie vertau^qyejv* gelft;el Europa verspreid
en bekend gfiwoiden
j Dr Waan! fB L cootei en,ook brieflèi van kop, dan de Eend; hij is te herkennen
aan ■!' 11 / \u f ïi.h il-i i i i _ , d*iu;d, d in ian, dafc zijne kleuren, vooral aan
het \ oorhoofd, moei,, roe^tbium zijn, lei u ijl ,het wijfje, iets fletser is en het voorhoofd!
éene lichtgele ;<ffiSrpomkleu%e tint hee'ft. Even als bij de '"meeste andere
Benden, heeft ook bij^fe^,*spoet^de Wqard;een. yeel zwaarder stemgeluid. -
De kleur yan>.het 'donskleed der jóngen trekt eenigzins naar het lichtgrijze,
terwijl zij■. bekiènipVqtëp^zwart of donkerbruin hebben; reeds in hun eerste
-vederkïeelffls fhetVoornaamste .geslachtskenmerk., de zwarte halsring, op te mer