
V E R Z A M E L I N G v a n P8
T i e n d e P l a a t .
Gektiöb. Op deeze Plaat wordt een geinolbelde en gemarmerde Kaskei of Stormhoed, uit
gewsr- ° e Weftindiën, vertoond. Men noemtze geknobbeld wegens haare bulten,
merde eD “ e gevlamde Tekening, die men ’e r , in ’t bruin en g e e l, op gewaar wordt,
Kaskec ofgeeft ’er den naam van Gemarmerde aan. Z y is dik van Schaal gelyk de an-
Storm. dere Kasketten, en valt wel eens zo groot in hoogte en dikte, als die van dee-
TatoX **_ Afbeelding. Deeze Weftindifche zyn fcherper getopt, dan die Ooffindi-
f%-.’ i ,2 !™ e , welke ™en Geknobbelde roode Kasketten noemt. Z y hebben de hoog-
fte Knobbels o f Bulten op de Rug. De Mond is geboord met een breeden
omgeflagen Zoom , die yerfcheide bruinagtig zwarte Vlakken heeft. DeStaart
hebben zy opgewipt, met een Sleuf, daar waarlchynlyk het Dier zyn Kop
door uitlleekt.
Gelyk dit ten voornaamfte in Fig. i. zig vertoont, zo ziet men daar onder,
in Fig. 2 , die zelfde Kasket van de zyde der Mond-opening vertoond; alwaar
jnenbeipeurt, hoe aan den Rand der Mond-opening elf o f twaalf Tanden z yn , en
daar tegen over een menigte van witte Ribbetjes, op een glanzig bruinen
Grond. Voorts ftrekt zig deeze Mond opening vlak uit en heeft daar tegen
over ook een Zoom, met dergelyke bruine Vlakken. Dewyl z ig , nu, in de
geheele omtrek van deeze Kasketten geen het minfteblyk van dergelyken Zoom
v erto ont, zo zou men moeten onderftellen, dat deeze Hoorens, in eens,
een geheele nieuwe draay, winding o f gier, tot haare vergrooting aanna*
men, wanneer men met fommigen wilde onderftellen , dat alle aangroei-
jing aan ’t. Mondftuk gefchiede: ten ware men denken mogte, dat zy eeni-
gen tyd zonder dergelyke breede Zoomen waren, en dan moefl menze dus
v in d e n o f dat zy dien Zoom alleenlyk kreegen in de volwaffenheid j daar
doch de kleine Kasketjes van die Soort denzelven zo wel hebben als de
grooten. W y laaien dit dan onbeflifl. ■