DB H O R T S N I P.
SCOLOPAX RUSTIGOLA.
S tlV smppAf /i|ii iT.ithtditfi ii' liimjKreuiwi *komon, dan- Qpk ia menig opzigt
meli!!*dl<Y\ ui \t<l(^M)5fïil'\8g^l','v70o,^.tl'; I ïUa eg* (Ifei't o melkers ^Ccupt'imvlgus),
t> f i. . M
. In Nederland kennen tfij- viëp'^ptiën^Ê^^^^^ö,<1iÉi'meIiife: 1°. de Water-
Smtfii '2°. ^dfflTwfefepip “J“**«!<“■ D\\tifig'au'ptof»yhet B«lv|t',!en ’H di Iloutsnipi Deze
taakte AdeiniJfesl! bekende en i^ooMe,£^d"eisib^Mt'*/uh van $j|pe‘ sOortgenoote®
doifr- van
^Vdm'iï vi%y7i<n?»ipoolen» lh t 1fl!Fjiffi.r\or^ihflt-yalken hierin van het
« ■ M |r f .^ ft{TiAjfeat».y. ^tlslpisl haw& q§&$Ê%1>é ^vMgélpe® lichter & gekleurd en de
r/agstNij7i^teéiienihig^iJfiêp|f 'iji^efr^ ^ éri<i Dl ij te/Mii-t* dtel jngy ïlr sehacht overgaat.
Bij dS<Y debHOiMnin- zléAin bosehrijkd,
streken, óp^Wo’öltt 1 ”«* ras; l^^wdiuNilpn^iiJnil fo^" en teelt bij voorkeur nabij
zware boomi nT'f t ï rm ^ F ^ r a h , bij naderdmL tM-var,: fir^ sch en ^ kloveii van het
dödérgedeelte vart' den? stam YetMftnen ye^bè^eti.’ (teyionaljjk loopt zij bedaard
en voorzigtig-;' en^tfeult zich bij het minst® gê|itséi p|feA"den-grond; het grootste
gedeelte van ■=>dé» 'd&gYbfterigt .zij slap'Mdë? tj|É |j^d en 'grond zittende door. Bij
donker, ÈëgeriacKtig wedOr’ kómt tzij^ecKff|-Tl8i eenSj*EK vlakten langs1 de zoomen
van^ hef"Ddteelt'.te-' édóf'setójriS On is .dan - s&ieY,;>de® ‘geheels® dag in beweging.
Haar'^ödd^kbnstaat.uatnMlertei^iid^fl|edaöf^hytve‘ groote kevers);* alsmede*
uit slakken en wormen, wette' zij&'fiieföhaar langen en buigzame® snavel, die
haar alk' tastwerktuïg dient, te e r Behendig uit den grond weet te halen: zij-Boort
namelijk e'enige duimen diep i® de® wdete® griend- oi onder- de afgevallen Ma?
deren en vindt dan de daaronder aanwezige insecten-op 't gevoel. Bék en pooten,
die^-zf daardoor ;V<uM heeft gemaakt, waseht zij in den vroegen ochtend wéér af;