D K D I S ; T E L V I N K .
iSaiTT ,.T AT. ARDTIEUS.
De^DUtèÈmk, £c&pprih|k • ,-Batlu. . crnaamd|T,iêYeen vinkachtige vogel, die
van ^ o in ^i^ tl^e t.'M f^d i'fl.iiid wordt aangetroffen.
Men heeft• dezen fraai geMeurden vogel. ,;Distelvink” genoemd, omdat hij
zich veelal met de zaden «dor disteja yoedty.' terwijl hij den naam „Putter ; te
danken heeft aan het hem -in ;êe kooi geleefde kunstje,' om zijn drinkwater of
•voedsel op te .halen of lo puiten. In ’t voorbijgaan zij hieromtrent aangemerkt,
d a l , . z a a r i n ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^Mj ^ d t j ' . r V p ^ d i e wij^^inxZijn onderhoud
te voorzien tegenwoordig hij na geheel uit den smaak geraakt zijn, en dat
men ditzelfde .kunstje even goed ook aan andere, vogels kan leeren, doch daardoor
Vldcntfooiulf* ^'jug'^\vlf'ki&ijgl ~ '
In den y rijen staat. is .de Distelvink een h yendige;■ zelfs ,onrustige vogel, die
in hc t voorjaar gepaard' en in den herfst in troepen van vijf tót zeven stuks trekkende
yyordt aan ge troffen, ,en zich- met allerhande zaden voedt, zoo als met die van sparrenen
elzenboomeh, van den distel, en van de groote brandnetel, alsmede met jong
groen en bladknoppen met de meeldraden der. iDloesems en ook met kleine
insecten,; waarmede hij uitsluitend zijne jongen grootbrengt, die, éven als de
jongen van alle andere vinkachtige. vogels, nimmer met zaden worden gevoerd.
De Distelvink broeit gewoonlijk iweemaal gedurende den zomer: de
eei’stc maal . tegen het . einde 'van Mei of het begin van Junij, de tweede maal
omstreeks half Julij tot in dé. eerste weken van Augustus; elk broedsel bestaat meestal
-uit. vier cijeren, lichtgraauw vau grondkleur en, yooral aan het stompe einde,
met\klei|§,f' ongelijkè,’^E(B?'èaph^.g® wlêMihsHÊezet. Het kunstig .döóïvlochten nest,
dat gewoonlijk in heesters,..gelijk de meidoorn, of in lage vruchtboomen wordt
.aan getroffen, is half kogelvormig., met .gelijke, breede wanden, die uit planten