DE Gr OUD LA KEN -FAZANT.
PHASIANUS.-PIGTUS.
Deze \oirpl,/'^.‘(jró,iit§p,'.!(öö3id^pntga „ofi Goudlake^sche F^izaat genoemd, i$
den wel om zijne Z^ldz^mheid gezocht „fep als sie-
raadw,©<xf 1 \,n 1 dlgrnn i uu d<}Ti eepigi < andjjje Ifi/ajilep^iïprt. jHij behoort in China
on Japin*3tr hnjs, woidl daar medeals sieJj» xd\og?l gibpuden, .en was een der
jgM tty ftÉÜ nde«-lirifa oJJi; mJÉét hyjtepland.
- Tpl de "eij'euhjkp .lyjWkeii behqb i t b ij 'niet, maar-.vormt, met nog eene andere
ïMH'Vy<P/ia'i. Aiiihci-Mtnhiwl dooj-^km 'aangenomen geslacht Thaymalea. .
lip i<yiki‘ip vereg,, ngjskraag%en , kuif, de nnet s^êjs^JxedeXte wangen en zwakke,
hjjna <gnl«;t k v <m - ;pojpn^o;ill)l()otp ponten zijAiy^isIfl^-Pr.ffidenen gpweegi om ze
‘een .il-/®ci(Jpilijk‘ge-lapht te, b eh o uwen ‘
F/n' hesfaan ,»1 wcp cj^mt,rziu'5„>i inladend geklejigdc,, iasseq.dez£r 'Vogels, namelijk,
het dicht o, ot ^n ^ p am k e b jk t^ n het donkere ;/^ Jiie rb ij behoorende afbeelding
Ö P f® ^ ^ g < a n o em d < idb ^ ^ .d J e t.o o p s g E p k e ^ k yo^k l^ ed , namelijk dat
wa'arjmede de^Segiel in zijn wpderjand gefonjd.is, heeft öief de zoo fraaije kleur-
föefieöihg.vals 4 at van het tweede tos,-n a af <de voorwerpen nijn f i t t e r J a n keel
-en wangen ,^|iet[ rood dpr’ ondir^dèlBnjieömindee', digp'^dlf vleugeldekveêren gaan
Vueei naai het biuine o u r , - de ‘•('boudeneêien zijn rriiitder helder gekleurd, de
jfrlftpggjpPTOw.n zijn -jiehten en fp&ef ^gpvlektj fenwijl de vgderenaan het achterlijf
totrtheb.-geelbruine f^ e rk a é ^® A .& Itn-eI1 de^er Jmidp rasgeït vertonen, soms, by
■vergelijking, pern min 9,f -méérJanmêrkehj& f,erschjJL' in donkerheid der strepen en
rjigvelren. :Bg\ de-Hennen o J ^ rA p f 'd e -zoo rijke kleuren geheel en al; de staart
is, korter, de iris bruinachtig, en bet ggheele vederkleed eenvoudig graauw aan de
bovendeden.'en gedachtig met graauwe «stoepen vaan den nek, de onderdeden en
staartpennen. Eene yerdère beschrijving der wijfjes zal wel niet noodig zijn, daar