DE B ■ ■ ■ ■ —
p WÊMSMmBÈmm o l c HiTG u s.
Dé' Gëyvo'ne- of ;B@schffzant is,uit ’Azië., uit 'den- Caucasus afkomstig, en wel
meer bijzohdferï mt d i^ n i'-tn ken \<in, deTnivieu Plfasisy' in Colchis. Deze vogel
draagt- dus n egheden, den iwaïu u n /i|u \ a d e ih n d ,|^ ^ B M hij daar zeldzamer,
e'n;in Eiirop f onefx ‘ aLrmei n, aoewiu den* i- -'
Fjxzjjnten fySffwfL ia de 'hoornen al* op den’grond
en slapen gewoonlijk op de takken zittende. . Zij vinden ƒ hun voedsel grqoten-
deelS' op den grond, doch pikken ook de jonge bladscheutën af. Bij hunne
MvWgiügen in de uoornen,/doen zij dikwijlsjgroote sprongen van den eenen tak
op \deh-;andèreii; jDen ^laait' hóuden zij nimmér,opwaarts',-“ doië& steeds naar beneden
‘glïigtv zoodat/de Ijiïmt bijnaamfvgeh’eel dei^fgfqnd ;raakt;< slapende of rustende
ljaten zij1 den>;staarttgejiM hangen;
In den paartijd is het rooie gedeelte aan de wang efehóien het hoofd, bij
den Fazant- h aan groj»ter‘ wn om\ ang; /j^ l k a n *' hij dit naar zijne verkiezing
eeii weinig uitzetten en intrekken, hetgeen men „pronken” noemt. Hij leeft alsdan
in v'iezéls.eHap u n vi|I a acht hennen J)t /en “zijn kleinér, hebben een korteren
staart* .e i f r ^ ijn ^ ^ a ^ l^ v a ^ / kleur.; 'Zij/.deggen dL^hankingMeurige eijeren £ op
den grond, in eene en dezelfde daartoe uitgekrabde, meestal met grashalmen bedekte,.
f h 'o l t a !
De kuikens zijn van dezelfde grootte als die van gewond.Hoenders, waarmede
zij in-kleur yeelakte%l^,nenige* overeenkomst hebkën'; zij zijn echter steeds; te
onderscheiden doonkdfr--regelmatige • bruine , teekpning' en de bruine streep, boven
het oog.
-Men zegk' dat. ^S F a zd n t^ö p r de Argpnauten uit zijn vaderland naar Europa
werd overgebragt. Wat hiervan, zij,, zooveel is zeker, dat hij bij de verandering