tede ik Mannetjes en Wyfjes by elkanderen om te paaren , ’t welk
ook van dat gevolg was, dat door twee Wyfjes, over de V y f Honderd
bevrugte Eitjes gelegd wierden, en wel niet eukeld, maar by Schooien ,
van 30 a 40 fluks, welken in ’t eerst kort na de legging wit waren, maar
na verloop van een paar Dagen, in licht bruin veranderden, hebbende
van onderen, eenen fynen donkeren Band,en boven op in ’t midden, een
flipje; een Schooltje van deze Eitjes, zyn afgebeeld in derzelver natuur-
fig. x. lyke grootte Fig. 1. En door het Microscoop gezien vertoond zich een
2 enkeld Ei als Fig. 2. De lichte ronde Vlak in het vergroote E i , boven
op in ’t midden te zien, word kort voor ’t uitkomen der Rupsjes zwart,
en fchynd de plaats te wezen, alwaar het Hoofd der Rups, nog in het
E i beflooten zynde legd. Zes a Zeven Dagen na de legging, werden de
Eitjes volmaakt Potloodkleurig, en de jonge Rupsjes kwamen kort daar
na ’er uit te voorfchyn.
$• 3-
Een uit het Ei gekomen Rupsje, hebbe afgebeeld Fig, 3 In dezen nog
tig. 3. zeer jongen flaat,'laaten zy zich zeer gereed by Draadjes afvallen,
wanneer men dezelven eenigzints verontrust. Veele Rupfen zyn ’er
welken zich maar alleen bepaalen tot een eenig Kruid, Heefler of
Boom-Gewas, met welker Bladen zy zich geneeren, zullende veel eerder
fterven, dan een:ge andere Bladen, welken men Hun by gebrek van
het rechte Voedzel voorleide, te vreeten, daarentegen zyn ’er ook,
welken het bynaar onverfchillig fchynd te wezen, wat voor Bladen van
Kruiden of Boomen, Hun ook maar voorkomen, nuttigende zy om zo
te fpreeken alles eeven graag, onder de laatflen behooren onze tegenwoordige
Rupfen, ik zelfs hebbe dezelven gevoed, met Zonne-Bloembladen,
Vlier, Bloem-Kool, Stok-Roofen, Salade, Oostindifche - Kers,
Afrikaanen en meer andere Gewasfen, het laatfle, de Afrikaan namentlyk,
hebbe op deze Plaat by de Rupfen afgebeeld. Deze Infeélen nog jong
zynde, loopen eeven eens als Span-Rupfen met twaalf Pooten, doch naar
maate zy grooter en ouder worden, gebruiken Z y alle Hunne Pooten
zynde zestien. Zes Dagen na het komen uit de Eieren, vervelden Zy
voor de eerfle maal, en. tien of twaalf daarna, voor de tweede keer
we«
4 i
wederom na verloop van een gelyk getal Dagen verwisfelden Zy voor
de derde reize Haare Huid, en waren toen reeds m groote toegenomen
1 A. hebbende ter wederzyden twee in de langte loopende flree-
p L , welken na de volgende vierde vervelling, verf weenen waren Den
folen en n den July, dus ruim vyftig Dagen na dat Zy uit de Eieren
gekomen waren, gefcbiede Haare laatlle verandering van Vel en ver-
toonden zich eenige Dagen daarna volwasfen zynde, als tg. 5 • Mg- %
heel onderfcheiden van kleur vind men deze Rupfen om welke reede.«-
nen ik ook twee in kleur van elkander verfchillende, hebbe afgeteekend,
echter komen dezelven in Teekening.en plaatzmg der Vlakken, zeer
naby met elkanderen overeen. Men heeft van dezefoort Rupfen, we -
L veel donkerder van kleur als de by M 5- afgebeeHe zyn, ja welken
zelfs maar weinig groen, integendeel meer paarsachtig over ge-
teele L y f zich bevinden.
S-4.
Mvne Rupfen volwasfen geworden zynde, ’ t welk ruim acht Dagen na
de laatfle verhuiding was, wierden zy zeer vuil en morfig van kleur, veranderende
Hun fchoone groen, bynaar in bruin, hierop kroopen Zy m
de Aarde, maakten zich daarvan door middel van gefponnene Draade ,
ieder voor zich zelven een verblyf of Spinfel, om in hetzelve in op
veranderd zynde, den volgenden Winter te kunnen overleggen, en zonder
Voedzel te gebruiken doorflaan. Fig. 7. vertoond een dusdanig door eene F:g. 7.
Rups vervaardigd Aard-Spinfel, waarvan bynaar de Helft afgenoomen
i s , om des te beeter de daarin leggende Pop te kunnen zien.
§• 5-
Van het laatfle der Maand Ju’y a f , tot in de daaraan volgende M a y ,
dus eenen Tyd van omtrent tien Maanden, blyven deze Poppen onder
den Grond en dus ook de daarin beflooten zynde Vlinders voor het
den wona , „»rA-reeken zvnde, lokt eene ver-
Daglicht verborgen, maar deze Tyd verftree y ,,
kwikkende Voorjaars warmte, welke om zo te fpreekena. « ^
k 2