s r
m v
6 DAG-VLIN DERS van de TWEEDE BENDE. P. 11. Tab. 1.
FiS 5- boven zyde der Vlerken, by Fig. S- * « . daarentegen is die der rustende
gedalte, met toegedagene Vlerken, welker onderfle zyde naar buiten,
f g dus naar het oog des Aanfchouwers gekeerd is , by Fig. 4 te zien. Eieren
hebbe ik van dit Infe« tot nog toe niet gehad, en het is my niet alleen nu
in dit, maar ook in alle andere gevallen zeer lief, van zulke Vlinders,
welker Huishouding ik nog m• et► kenne, ttMeni miminmduenn nogg niet befchreeveh
hebbe, Eieren te verkrygen ; Ik ben ook door de vriendelykheid
der Liefhebberen , welken dezelven op de eene of andere wyze Verkreegen
hadden, reeds meermaalen in daat gedeld, de geheele Huishouding
van het Een en Ander Voorwerp machtig te worden, en indien ik dui
door den eenen of anderen w eg , de Eieren van onzen tegenwoordig«
Vlinder mogt ve.krygen, zal ik niet ingebreke blyven, dezelven op eene
volgende Verhandeling, van een ander In d a mede aftebeelden.
■ raJ#i' ' 1 ; IRSa
g w - i j j ) re
■
DAG-VEINDEK.S van de TWEEDE BENDE.