geelagtig met bruin paarfche randen aan de Punten o f TandenV die zo we®1
plaats hebben in het onderfte als in de twee bovenfle Stukken.
Geban- Schoon van de gewoone Slakhoorens aanmerkelyk verfchillende, geloof ik
deerde Joch dat deeze Hoorn ook van een Landflak z y , en niet uit-de Zee atkomftig.
re°P °°" Wy noemen ze een Topboorcn, en dezelve is op een geelagtigen Grond fterk
Fig. 4. bruin gebandeerd, .
Rood Het kleine Tootje van Fig. 5 , heeft door zyne Koraalroptjheid een fraay
Tootje, aanzien, en zoude, indien het meer gebandeerd' was, den naam van Oranje-
5- Admiraaltje voeren mogen; doch-thans noemen wy ’t flëgts een rood Tootje.
BUau Een bruin I(ievits-Ey zagen wy op de agt-fte Plaat van 't Tweede Deel ver-
Kiev™ toond, Hier hebben wy een blaauw- doen afbeelden, dat anders in Geftalte
Ey. overeenkomt. Naderhand zullen w y ’er nog zien van andere Kleuren.
Fig. 6.
A g.t t i e n d e P l a a t ..
Onge- Gnder de Dadels., waar van wy eenigen op de Tweede en Zeventiende Plaat
meene v a n ’t Derde Deel en op de Twaalfde van het.Tweede afgebeeld gezien beb-
P-adel. ben, munt deeze van Fig. t , door haare’ Geftalte en Tekening zodanig uit.,
XVUI. dat men ze nbemt de Ongemeene Dadel. Zy behoort onder de Sluikdadels,
*.*, ' dus genaamd om dat zy fmaller zyn. naar de langte en puntiger uitloopen
Fig. 1,2. dan de gewoone Dadels. Het geelagtige van haare Grondkleur ziet men
fierlyk getekend met bruine Vlakken, en geflrengelde ftreepjes: terwyl men
in Fig. 2. haare Mond-opening befchouwt, die witagtig is , en van onder wy»
der gaapende, waar door zy merkelyk zweemt naar de Kuipers-Booren.
Bléanw O f fchoon de Kuipers-Booren, gelyk wy op de Vierde Plaat van ’t Twee-
getopte de Deel gezien hebben, meelt lang enfmalvan gedaante zyn-, geeft men doch,
geeie wegens de geftalte dèr Mond-opening, die breed en hoekig naar onderen
Boor?rS' uitloopt, ook dien naam aan een ander flag, van Hoorens: zie de Oranjê-
Fig. 3. Kuipers Boor op de Zeftiende Plaat van dat Deel, en deswegen mag ook de
Hoorn, van Hg, 3, alhier, den naam voeren van Kuipersboor. Zy is o v e r ’t
geheel geelagtig, met een witten waafem en van boven paarfèhkleurig blaauw
o f Violet getopt.
Schild- Die van Fig. 4.. noemt men, wegens de Tekening, een Schildpad-Tootje.
pad- De bruine Vlakken zyn eehigszins blaauw verfmeltende in een witten Grond;
Tootje, omtrent gelyk in. dat, Rolletje, waar van men op de Zeftiende Plaat, in het
F'g- ‘r- Derde Deel Fig. 2, de Afbeelding vindt.
Gemar- De Tekening is ongemeen fraay van het Pennetje, in Fig-.- 6. afgebeeld*,
Pennetje we^s geftalte naar die van- de Paufekroonen zweemt, doch wy hebben het
Fig. 6. liever den naam willen geeven van Gemarmerd Pennetje.
Brnin Zeker flag van Hoorens voeren, wegens haare Geftalte, den naam van
Agaate Peeren: dus zyn ’e r, die men gebrade en gedroogde Peeren, ook die men
Paertje. getakte Peeren. noemt, gelyk wy dit reeds gezien hebben: doch anderen
Fig. 5- vosaj5T
£tfe/tmarirvJcuZfrJ'.