ge-kleurigen Grond, naame!yk,is dezelve overlangs getekend met bruine Stree-
pen, waar tulTchen men, by Perken, gevlogten Netwerk vindt. Overdwars
lchynt zy eenigermaate gevoord o f met fyne Ribbetjes geringd te zyn , die men
in de Afbeelding naauwlyks heeft kunnen aanwyzen. Zeven draaijen laaten
zig aan den Top onderfcheiden.
T w a a l f d e P l a a t .
Bruine In de verklaaring der Agtfte Plaat van het Derde Deel is omftandig ge-
TajPxii rproken van de naamsreden der Hoorens, die men Patryzen noemt. Z y
' zyn doorgaans flerlyk gemarmerd o f met witte Vlakken geplekt , ’t welk
Bg. i. deeze niet zodanig heeft, hoewel de Geftalte taamelyk overeenkomftig i s ,
zo dat wy haar den naam geeven van Bruine Patrys - Hooren. Zy is ook niet
vry van eenige Wolkigheid met witte Vlakken. Uit de Geftalte blykt klaar,
dat zy behoort tot de blaas- o f Belhoorens, in ’t Franfch Tonnes, in ’ tLa-
tyn Globojte getyteld.
Kospfe De fraaije Hooren van Fig. 2 , voert, niet oneigen, den naam van Kaap-
- jg S , f i Ezel- Z y is zeer raar, en niet dan federt eenige Jaaren bekend gewor-
” ‘ deB- Niettegenftaande haare Geftalte veel overeenkomt met de Franfche
Belhoorens, zo genaamd, hoedanig eene, zeer fraay gefchilderd, op de
Vier - en - twintigfte Plaat van ’t Vierde Deel voorkomt, is doch de Tekening
grootelyks verfchillende: zynde die onregelmaatig geplekt, maar deeze op een
zeer geregelde wyze, op en nederwaards geftreept, byna geiyk de Huid
van dat Viervoetig Die r, ’t welk men een Kaapfe Ezel noemt. d’ A r g e n -
v i u e vertoont ons, op de Tweede Plaat van zyn Aanhangzel Letter L , zodanig
eene Hooren als eene zeldzaamheid van zyn Kabinet. Z y vallen veel
grooter, en zyn dan in veel agting. By andere Autheuren vind ik ’er geen
melding o f afbeelding van gemaakt. Zy behoort zekerlyk tot de Buecina o$
T rompethoorens.
Geitnob- Op de Derde Plaat, van het Eerfte Deel, zagen wy een Tulband, en m
!}'[!'* derzelver verklaaring is omftandig van de Geftalte gefproken. Elders heb-
jr‘‘ ben wy ook opgemerkt, waar in derzelver eigentlyk verfchil van de Soldaa-
ten beftaa. Deeze Tulband, van Fig. 3. is behalve haare fraaije groene Kleur
ook ongemeen fierlyk geknobbeld, ’t welk haar mede onder de fraaije Stukken
doet behooren.
^ "T k t • ^ an d e D o u b le t ten h eb ik in d e v e r k la a r in g v an d e D r ie -en - tw in -
P o fetje . ^ a a t> van T w e e d e Deed, g e fp ro k en . Z y w o rd en v an fom m ig en w e -
Fig. 4. g en s