
3 ° V E R Z A M E L I N G v a n
llü
I s »
Tieeft, doch zy vak zo groot niet, en is op eenen hoogrooden Grond fierlvR.
geel geaderd, niet alleen, maar ook fyn gepointilleerd.
Monnik. Die van Fig. 3 , wegens de Geflake eenigszins- tot dé Biflchops-Mytëra
Hg- 3- behoorende, wordt wegens de Kleur de Monnik geheten. Zy is bruin gevlakt
én geftippeld op eenen witagtigen Grond; Van eenigen wordt zy ook wel'
de Kardinaal genoemd, doch daar is nog eenig verfchil tuflchen beiden, ten
opzigt van de Kleur.
Goeie Zodanige Hoorens, van eene maatige grootte, die den Mbnd en dé Ge-
Topilak. ftalte van een Slakhooren hebben, doch veel hooger en pieramidaalswyze
getopt zyn, noemt men Topjlakken. Men ziet uit de Geilalte van de tegen-,
woordige, Fig. 4 , zeer duidelyk, dat zy :niettemin veel van de Tollen ver-
fchillen. Bovendien wyfl; dé Mondopening zulks ook aan. Van fommigen
worden z y , ten onregte, onder de Kinkhoorens betrokken. L in n jEüs heeft-
ze tot de Helices t’huis gebragt, en noemt deeze Helix penerfa, miiïchien om
dat de linkfen meeft geagt zyn. De fchoone Citroenkleur, met bruine Banden,,
en de gezoomde Mond-opening,maakt deeze aanzienlyk.
Lakte Van gelyke Kleur en fraaiheid is die van Tig. 5 , wordende meer geagt-,
Topflak. als een Linkje Topjlak zynde. De Opening, naamelyk, die, wanneer men
re- 5- ge voorgaande omkeert naar de regterhand ziet, is hier naar de {linkerhand;
W y hebben, op bladz. 24. van ’t Ëerfte Deel, een fchoone roode Linkfe-Top-
flak befchryvende, dit onderfcheid nader verklaard. Hier ziet men duidelyk
den omgeflagen Rand. Ook is de dunte' van de Schaal blykbaar, doordien
hei Geel binnen-doorfchynt, op den witten Grond. Het zyn Rivier-Slakhoo-
ïens. In ’t vervolg zullen wy ’er. nog twee van andere Kleuren vertoonen..
N e G E N - E U - T W I N T I G S T E P t A A T ;
Sedert eemge Jaaren zyn onder de Liefhebbers bekend geworden eenige
Soorten van Conchyliën, die te vooren geheel onbekend waren. De Fran-
fchen, naamelyk, zig meefter maakende en eene Volkplanting opregtende on
zekere Eilanden, beooften de Straat van Magellaan, aan ’t Zuid-end vanZuid-
Amerika, hebben daar zeldzaame en nog onbekende Hoorens en Schulpen gevonden,
me door hun fedeft in.Europa gebragt, en aan de Liefhebbers ver-
kogt zyn. Men geeft ’er, om die reden, den bynaam van Mdgellaanfihe aan,
en van dezelven worden de voornaamfte op deeze en de volgende Plaat
vertoond. °
Dié,
Y I V .
3
X X I X * * *
é o c Q /H m 'e j j (^ccceM.CÓ'rL. <2AU 2). idDoct-,
£ ^ r n ^ t c £ o d a m ; . J^irMjp,fculr s.