SHERARDIA ARVENSIS.
Akker Sherardie.
Hoogduitsch, Akker Sherardie. Ackersternkraut. Kleine Ackerröthe. Sherardskraut.
Engelsch, Blue Sherardia. Little Field-madder.
JBloeit van Junij tot September Q .
Tetrandria. Monogynia. Vierhelmigen. Eénstijligen.
Natuurl. Rang volg. ltnn. XLYII. Stellatae. Stervormigen. Rubiaceao Juss.
DG. Galieae Turp.
Geslachts- kenmerken. Calyx adhaerens; margo 6-dentalus. De kelk aanwassende; een 6-tandige
rand. Corolla infuhdiBuliformis. De bloemkroon trechtervormig. Semina duo 3 -d en ta ta , calyce persistente
coronata. Twee 3-tandige zaden , gekroond door den blijvenden kelk.
Soortelijke kenmerkei*. Foliis omnibus verticillatis, floribus terminalibus. Met de bladen alle gekranst,
en eindelingsche bloemen.
Re geslachtsnaam welken deze p la n t thans draagt is haar door dillenius (joh. jac.
dillen) gegeven, ter vereerende gedachtenis aan wilh. sherard : zijnen bij zonderen
begunstiger. — Fóór diens t i j d , namelijk, onder de benaming van Rubeola arvensis
bekend, was z i j van sommige soorten van Asperula en Galium, waaraan z i j naauw
verwant i s , naar hare beschrijving zoo goed als niet. . onderscheiden. Vd n beide die
geslachten verschilt z i j voornamelijk door haren bij a geopend en vergroot voorgestel-
den kelk) waar aan de 6 tandjes niet verdwijnen, maar aan de rijpende v ru c h t, bij
b , en nog aan den top van het r ijp e , door aangedrukte witte haartjes d ig t bedekte,
zaad zigtbaar z ijn ; d a t, mede veel vergroot, bij c op deszeifs buitenzijde en bij d
op de vlakte gezien wordt, waarmede het tegen c aansluit. — Foorts heeft de krsple-
tige bloemkroon, bij e in haar geheel, duidelijk eene buis $ .welke het draadvormige,
van boven gespleten, s tijltje bevat, en waarop de 4 meeldraadjes ingeplant z i jn , zoo
als men bij f ziet.
Rijna de geheele p lant is met korte haakvormige haartjes bekleed, en daardoor ruw op
het gevoel $ de eirond- lancet vormige , meestal 6-voudige blaadjes vormen kransjes,
om de 4 - hoekige, eerst liggende daarna opgerigte, stengen, en onder ieder der in
schermpjes veréenigde bloemen een 8-voudig omwindsel; welk alles bij g aangeduid is.
Groeiplaatsen. Op bebouwde en braakliggende kleigronden. — Om Nijmegen, ook zeldzaam bij
** Rage. DG. Elders in Gelderland. R. Bij Franeker, bergsma. In korenlanden bij ’/ Gravesande, Z.
Hier en daar op Zuid-Reveland, Van den bosgh. Omtrent Wassenaar, Noordwijk, Soeterwoude, en
korter bg Legden op ééne plaats. Nergens welligt zoo menigvuldig als in het land van A x e l, waar ik
haar bijna op alle Meekrap-velden gezien heb. Ook heb ik haar vroeger, op bouwland tusschcn
Neérlangbroek en Doorn, in het Sticht en tusschen Utrecht en Houten op ééne plaats gevonden.
Huishoudelijk gebruik. Door paarden gegeten en 6omlijds door g eiten, linn. Pan Suec.