( y p
y W a t to ï - i - a s a c i t / e a ^ a s
Natuur, Ord, volg. u w , L IX , Lichene*.
Thibm 1 Gymnoearpi. Apolhecia demum a p e rta , discifera. — Osder afdeelirg I. Naakt-
vruchtigen, De schildjes ten laatste geopend, schijfvormig.
U,naceae. Thallus caulescens, erectus aut pendules. Het loof slengvormend, meer of min opge-
n g t , of hangende. Apolhecia aperta marginata. De schildjes geopend en van eenen rand omgeven.
1. Cetraria aculeata Fries.
Stekelig Kraakloop.
Geseachts- iaevwerke*. AP°thecia peltaeformia, apicibus thalli oblique affixa. De schildjes schild-
H l ■ H I ' f l H m m . H 1 1
pos,tus. Het schgfje dun, geopend, op cene merglaag geplaatst. Thallns adscendens, fertili.
crectns, cartrlagmens aut membranaccus, lobis terclinscnlis ant foliaceis, snpra concaviusculis.
Ü e o f w T • “ " " o Zijnde na8er,0eS re8,slan<% • kraatbeenig, of vliezig, met rolrondachtige
of bladvormige, van boven eenigzins uitgeholde slipjes.
B,So0aT™ X b a l l o cartilagineo rigide subfistuloso, irrcgulariler ramosissimo, spa-
diceo vel subnigroj ramis divaricalis flevuosis, spinnlosis. Het loof kraakbeenig, s tra k , meer of min
pijpvormig, in vele onregelmatige takjes verdeeld, donker-kastanjebrnin of bijna zwart; do takjes
uileenwgkende, bogtig met doorntjes. Apotheciis terminalibus pella.is den.iculalis, disco spadiceo.
De schildjes eindelmgsch, schildvormig , fijngetand, de schijf donker-kaslanjebruin.
2. Parmelia acetabulum Fries.
GrOOTVRÜCHTIG SchILDMOS.
c o f c T ^ T T r " * l l f s * SCUtCllif0rmia’ ,ha,li M borizontaliter adnata, margine .hallo
eoncolore. De schildjes schijfvormig, met de schijf horizontaal aan het loof gehecht, met loofachligen
floten “ T ^ a ll ’ Prim° Conn" enli-cIa«*“ *- De schijf in den beginne toebuigende-ge-
1 2 Y , f . S T hJ° " ZOnlai“ er e IPansus- aut crustaceus ambitu squamuloso-effi-
■ E f i , f “ ' h° riz0Dlaal u*lgroeijende, bladachtig of ook korslachrig en aan den
omtrek als met schubjes uitgewerkt. 2 * 6
Soortelijke- kesmere.es. Thallo foliaceo-imbricato membranacco, ruguloso, viridi-olivaceo lobi,
rolundatis repand.s Het loof bladach.ig-overelkander liggend, een weinig gerimpeld, groenachlig-
H j E i Ï 7 ? I uil8eschu,Pl- Apotheciis disco concave, rufescente, margine
crennlato. De schildjes met holronde, ro,achtige schijf en fijn-gekarlelden rand.
Jg r ro T aChHS m d eT ' « hetzelve, zoo a l. C voor.telt, geheel
1 M l l grond, en kómt op zandige plaatsen onzer Heiden, en op de
lieren, i n T ö o r L T e f land,'. “ 8r°e“ “ “ ’ T00rnameI3k ™> Eik“ > Ipen en Popu