in zijne Oryctographie de Bruxelles, en die M
kalkachtige fteenen in den . omtrek van Mels-
broeck gevonden zijn (a). Die natuurkundige
heeft het fchild van eene dier fchildpadden, van
binnen gezien, laaten graveeren, en afzetten;
maar die afbeelding zou naauwkeuriger hebben
kunnen zijn; want het oorfpronglijk ftuk heeft:
veel beter zijne kenmerken dan de afbeelding,
en de fchildpadden van Melshroek zijn zeer wel
bewaard gebleven*
Voor het werk van b u r t i n in het licht
kwam, had b u c h o z in zijne afgezette verzameling
dezelfde Ichildpad uitgegeeven, waarvan
0 0 Oryctographie de Bruxelles, mt Descriptief*
des ƒ osfiles tant naturels qu'accidentels, déccuverts
jusqu’a ce jaur dans les envirans de cette villex
par FRANcois xavier bu r t i n , 1,784, in folio,
met gekleurde plaaten. Men kan deeze fbhildpad*
en alle de voorwerpen, ' waarnaar de Heer burtin
zijn fraai werk heeft opgefield en de afbeeldingen
laaten maak en, ook vinden in het Mufeum van Natuurlijk
© Historie te Parijs, alzoo de Sehrijver van het
werk, dat ik vertaal, die gantfehe verzameling, welke
men den Heer burt in, heeft afgenoomen, voor de
republiek naar Parijs heeft opgezonden , daar zij tót
verlichting der geleerde waereld in de nationaale verzameling
geplaatst is»
VERTAAL SR»
vati de - Brusfelfche, natuurkundige hem had toe»
gelaaten^ eene tekening te maaken.
Het Mufeum van Papjs bezit thans drie van
die fchildpadden van Melsbroeck, waarvan eene
met het onderst fchild ; men zal bezwaarlijk,
ftukken vinden, die zoo wel zijn bewaard gebleven
als deeze»
De eerfte, die in 5 e verzameling het Nom-
mer I draagt , heeft veertien duimen lengte en
twaalf duimen breedte; het is h o l,' omdat men
het fchild van binnen z iet, terwijl het bovenst
gedeelte van hetzelve in den fteen vast zit. Men,
onderfcheidt volmaakt de geheele bewerktuiging,
van het inwendige van dit fchild ; men telt ’er
agt beenachtige ribben aan elke z ijd e ,. en zij
zijn vast en uitfteekende. Alle de Hukken, die
de middenlijn v o rm e n o f liever die. reejks van
plaaten , die in malkamcfcren fluiten en als tot
fleutels van het gewelf dienen, zijn zeer onder-
fcheidenïijk te zien en derzelver getande naa-
den zijn wel bewaard gebleven, even als alle de
zijde - plaaten* B u r t i n heeft. bedrogen
toen hij fchre^f ,dat( h§t fchild katachtig van
aart is , wapt alles is integendeel beetiachtig en
gelijkt in kleur naar de gegraaven lighaamen, die
men in de gyps -groeven van Montmartre bij Parijs
vindt, De ftof is Hechts harder, o f liever
min*