Ï?EP,EN WERVELBEENDEREN, DIE
AAN ELKANDEREN PASSEN.
? L A A T V I I I .
jL e n g t e van dpn Steen
»
i voet i duim i lijn.
fïoogte . „ , ■ f ^ i n Q
Dikte . . . Q 5 6
ÏVliddellijn van de groote
wervelbeenderen t O & o
Middellijn vaiyde andere Q ! ó
De uitfteekzels zijn lang,
jolrond en als geleed; de
grootfte zijn van O 4 9
Deezeuitfteekzels zijn twee in getal, behalven
cjat er een was, die in den fteen verborgen was,
Bien ziet aan hunne plaatfing en hunne overeenkomst
met elkanderen dat zij eenzelfde dier toebehoord
hebben. Zij hebben geene opening voor
het ruggemerg.
Dit ftuk, dat thans in het Mufeutn te Parijn
3 is uit het Kabinet yan l o ü v a i n gekoo-*
jnen, die het van Maastricht had.
$