8 4 KATUÜRt ïJKË HISTORIE VANT
Dit naauwkeurig verhaal moet niet befchouwd
worden als niet te pas kóömende bij de* natuurlijke
historie; want tfe krokodil van Maastricht
thans in het Müfeum te Parijs zij hde, verdienden,
de omftandigheden, die hem daar gebragt heb*
ben, wel gekend te .worden, vooral als men in
aanmerking neemt dat deeze verovering, .de.
vrugt van de dapperheid der Frarïfche troepen,
bewijst dat die: uitmuntende foldaatm altoos de
gedenk ftukken en alle voorwerpen , die op de
weetenfchappen betrekking hebben, hebben wee-
ten te waerdeeren en te ontzien, en zij hebben
zedert duizendmaalen bewezen dat dezelfde
achting voor fraaie konsten hen altijd bezield
heeft, eene altoos gedenkwaerdige omstandigheid
in eenen zoo vreeslijken oorlog (a ) .
Be-
(ji) Ik kan niet voorbjj dèU Leezer.het ongenoeg«
zaame., «f 'liever het, v&Jfcbe ■ van deeze fedeneering
van den fchrijver te doen opmerkpn, ten einde ik
niet, door dezelve met ftilzwijgen voorbij te gaap, in
J vermoeden geraake dezelve te beaamendat de achting,*:
dié ik voor onze nationaale rechtbanken altoos
gevoéd heb* en mijn ëerbied voor>algemeene billijkheid
niet duldt. De fchrijver bellist hier, zonder kennis,
van zaaken ten ik twijfel niet ook zonder, kennis
van wetten en-costumen) uit de hoogte dat de
féëh'tbank, die, in '‘hét gefchil tusfeheh den Héér
jboffman en den Kanunnik godin recht gefprooken
•Befchrijvhig van den kóp van he t - diêr\
Het blók'-fteen-, waarin de beenderen van dien
kop zitten-j hèeft j vier voeten' breedte, twee
voeken'heöft,
één verkeerd vöiinis heeft geveld ; en dat de
rechjters., aan w-^oegingph ;ten. prooi zijn geworden;
liet, zeldzaam ftufe- kwam » Wolgënsdes Heeren faujas
magtfprpuk» den Heere hoffman tpev ,
Maar’,,de gerechtigheid«, fchoon traag ,/lcbömt, eindelijk,
’ên wel in de pèffifnnen van Franfch'e fof-
dddten! Eh welke 1 gerechtigheid ï Men fpeurtr den
krokodil* pp; bntnepmt hem-den eigenaain "wïen hij
bij een Rechterlijk gewijsde is toegewezen,, om hem
—. nipt ,aan den* onderleiden .eigenaar of zijne, erven
-terug te.geeveif — maai; om.hemzig zei ven toeteëige-
nen • het is waar, voor eën’ zekeren prijs; maar welk eèh*
prijs? Èen van v^egpns dfe Vêréjtéraafs -zelve bepaald,
en die, zoo ik meen, beflaaïn heeft in 20,ooOjhlvres
aan asftgnaatsd^ eensmunt, waar mede de republiek
lig-tlijk-mild kon zijn. Het is daarenboven heleend dat
niejnand hukken van dien aart, die, geene innerlijke
waercle Jïebben, waerderen kan; wijl zij -zooveel
waerdig zijn als de prijs, dien ’er de eigenaar aan
hecht. | De fchrijver zou edeltadediger gehandeld Jfeb-
«beh met ronduit te zeggen, dat zijne landgpnopten
alhier gebruik gemaakt hebben van het,jrwhtt^aófver-
«oVering^en' zigf zonder ontzag vopr bijzondëtea eigendom
v ’er zig meester van gemaakt hebben, zonder
5de zaakLmet drogredenen: te bewimpelen,;:, iet. :
:: .Het befluit, dat hjj'uithet geval trekt, omtrent de
liefde van de Franfcne ibldaaten ivopE kon&tenjeö twee-
tenfehappen gaat pok niet door, alfchoon die zugt
F 3 - we