LESTRIS C A TARRA C TE S .
DE B R U I N E
M « heeft het geflacht, waartoe deze ' Vogelibort behoort, altijd ten
oriregte met dat der Meeuwen (Larus) ' verwand,' tot dat eene naauw-
keurige befchouwing en vergelijking, eerst voor körten" tijd , heefc doeii
zien, dat hetzelve daaryan door zeer, duidelijke. kenmerken onderfcheiden
is; daarenboven verfchillen de Vogelen van beide deze geflachten, onderlino-
zeer in leefwijze en zijn elkander fteeds vijandig. De s t r o n t j aq e r s aitijd
onverfchrokken van aard, hebben hierdoor fteeds de overhand op de Meeu-
wen, die van-natuut -vreesachtig,szijnde,' den moed niet hebbenz ieh tegen
de gedurige kvyeilingen van deze: hunne vijanden, te verzetten, mäar zieh
.dikwijls' genoodzaakt zien, • hun; aas aan hen af te. ftaan, hetwelk deze
zieh zelden de moeite geven, j zelve te vangen , . maar de Meeuwen
daarom tot hoog in de lucht i veryolgen , om hen daardoor te dwingen
hetzelve t e j laten vallen,. wanneer het door deze .■ vervpigers opgevangen ,
en verzwolgen wordt, waarvan .;naar gedachte de. naam van strontjager
ontleend i s , alsof zij de Meeuwen _ navlogen, om hunne uitwerpfelen
op te vangen, dan dit gefchiedt om de prooi, die de Meeuwen gevangen
hebben, en vliegende medenemen; daar nu deze laatfte goede vischvangers
Y y y y y zijn,