
RANUNCULUS aquatilis.
Water Ranonkel.
Hoogduitsch. Wasser Ranunkel.
Engelsck. Water Crowfoot.
Bloeit in Mei en Junij.
P o l y a n d r i a , p o l y g y n i a ; Veelhelmigeji, veelstijligen.
Natuitrl. Rang volgens L in n . XXVI. Multisiliquae, veelhaauwigen. Ranunculaceae, D e c a n d o l l e .
G e s la c h t s K e nm e r k e n . Calyx 5-phyllusj de kelk 5-I>ladig. Petala 5» intus basi squamula donata;
vijf Bloembladen, van binnen aan den voet met een schubje voorzien. CapsuUe (semina) plures mucronatae,
compressae, laeves vel spinis tuberculisve instruetae; vele gepunte zamengedrukte zaden, glad of van doornen
of knobbels voorzien.
S o o r t e l i j k e K e nm e r k e n . Foliis submersislaciniis capillaceis, emersis 3-vel5-lobis, cuneiformibusj met de
ondergedoken bladen haarvormig, de bovengekomene 3- o f 5-lobbig en wigvórmig. Petalis obovatis magnisj de
bloembladen groot, omgekeerd-eirond. Seminibus transverse striatis; de bladen dwars-gestreept.
Wegens de groote veelvormigheid en talrijke verscheidenheden van deze p lan t, heb ik het n uttig geoordeeld
alle hare verscheidenheden in eens te behandelen en de drie voornaamste derzelve a f te beelden. Be meest
gewone vorm is de, op plaat 474 a f geheelde:
Var. et. heterophyllus, foliis emersis tripartitis ; Verschilblüdig, met de bovengekomen bladen driedeelig.
De ondergedokene bladen zijn in vele fijn e , haarvprmige, eenigzins als wortels uitgerekte slipptn verdeelds
de op het water drijvende bladen zijn 3- o f 5-deelig en meer o f min schildvormig. Men ziet bij a een
der eironde kelkblaadjes, bij b een der omgekeerd-eironde, in deze soort w itte , bloembladen, met een
honigmerkje aan den voet voorzien; bij c de talrijke vruchtbeginsels, met de meeldraden omgeven j bij d ,
vergroot, een der dwars-gerimpelde vruchtjes.
G r o e ip la a t s e n . In stilstaande weinig diepe wateren.
Algemeen door het gansche land.
Var. (3. eapillaccus, foliis petiolatis . omnibus inmersis, in lacinias ffliformes tenues dissectis; haarbtadig,
met de bladen gesteeld , alle ondergedoken, in dunne draadvormige slippen verdeeld.
Deze verscheidenheid gelijkt Teel op ie Torige en ie daaraan nagenoeg alleen door het gemis ier bo ventte,
niet ha'arvormige, bladen ondertr.he.iien. Wanneer ie bladen ta n deze plant boten water komen , schijnt
zij in de eerstgenoemde verscheidenheid 06 over te gaan.
G r o e ip la a t s e n . In diepe slooten.en vijvers.
Op vele plaatsenj doch niet zöo alg.emeeh als de vorige verscheidenheid.
Var. y . caespitosus, foliis petiolatis, omnibus emersis*, circnmscriptione subórbiculatis, m ïacimas divergente
« rigidulas dissectis, petiolis basi late yaginato-auriculatis; zodevormende, met de bladen gesteeld , niet ondergedoken
, omtrent schijfrond in omtrek, in uit eenwijkende stijfachtige slippen verdeeld, de bladsteelen aan
den voet van eene breede als geoorde scheede voorzien.