
R E S E D A Lut e' o 1 $.
Verw wouw.
Hoogd. Wau, Gaude, Gilb-kraut.
Engelsch. Dyers Weed, Yellow Weed.
B lo e i t in Zomer- en Hooimaand , Q.-
D o d e c a n d r ia , T r ig y n ia ; Tw a a lfm a n n ig en , D r iew ij vigen.
Natuurlijke B a n g volgens Linn. MisceUaneae, van onbepaalden H a ng : 'Ord. Na t . dé
J-us s ie u v ii. Class. X l l l . Plantae Dicotyledones polypetalae, slamina hypogyna. Ord. I V .
Capparides.
G e s la c l it s K enm e rk en . Calyx i-pbyllus> partitus; eënbladige, gedeelde Kelk. Petala laciniata/
slippige Bloembladen. Capsula ore dehiscens, unilocuïaris, polysperma; de Zaaddoos aan den mond
splijtende , éënhokkig , veelzadig.
S o o r te lijk e K enme rk en. Foliis lanceolatis, integris, basi utrinque unidentatis \ met lancet vormige i
ejfenrandige Bladen, aan derzelver voet ter wederzijde ééntandig. Calycibus quadrilidis , vierspletige Kelken.
JDe 4-spletige Kelk a. Meeldraden en Stampers. ï>. B e Bloembladen zijn 6 en zeer verschillende
van gedaante én grootte, zijnde het bovenste het grootste en 4- o f ,5-spletig ,■ c.- hebbende van
onderen een Honigbakje, zie i. D e twee zij-Bloembladen 3-spletig: d. B s twee onderste zijn zeer
klein. B e Zaaddoos nog onrrjp en gesloten, e. volkomen rijp 9 van terzijde f. van boven
gezien, om het opene dér Zaaddoos aan te wijzen, bij g. H e t Z a a d , b. (alles- vergroot.)
B e Wortel is penvörmig. B e Steng g la d , g esleufd, regtstandig, sterk gebladerd, eindigende in
eene lange en aan den top digte Bloem-air. B e Bladen zijn lijnvormig-lancetvorntig. en eênigzins
golvende: een afzonderlijk B la d bij A. om de Uvee Tanden aan dëszeïfs voet te doen zien. A a n
de BloenUin heeft dit bijzóndere plaats * d a t , wanneer Meeldraden én Stampers volkomen
bloeijen, de tengere Bloembladen reeds verwelkt z i jn , zoo d a t deze nooit te gelijk met de Stampers
en Meeldraden 9 in volkomen staat aan dezelfde Bloem gezien worden. B e Zaaddoos heeft drié
zeer diepgaande verdeelingen. B a a r zij zich regtstandig houdt, schaadt het niet ,■ dat zij boven
geheel open is , terwgl ook de stevige regtstandige Steng het Z a a d niet dóet storten. B e P la nt
groeit ter hoogte Van een Nedertandsche elle en hooger.
'B e Tanden, welke aan den voet der Wortel- en Stengbladén z i jn, ontbreken dikwijls aan dé
bovenste Stengbladen. (F a v ro d de P e llen s )
G ro e ip la a tsen . Op zandige gronden: ook aan mtfreri.
Te Groningen, bij de Ebbingepoort, onder aan den wal bij het Boterdiep. Tussóhèn Zutphen ent
Doesburg. Op den wal bij T ie l en Bommel. Bij het kasteel Buurstede. Aan den dijk tnsschen Naarden
en Muiden. Niet ver van Wijk op Zee. Langs de wegen bij ’s Hage. — Alles volgens JDe Gorter.
Verder bij Nijmegen. In het Spoel tnsschen Everdingen en Kuilenburg. T e . Utreeht aan de stads
mnren, vooral achter de Klaaskerk. Tnsschen de Beverwijk en Wijk óp Zee. Öp Boekenrode in de
Vogelenzang, bij Haarlem.
H uishon d elijk Gebruik. De geheele Plant dient Voor de verwérijen,- en levert eefte Voortreffelijke
gele kleur op , waartoe zij opzettelijk wordt geteeld: deze teelt slaakt gelukkig langs den duinkant van
H o llan d, en werd in het jaar i 8o3. van wege het gouvernement door premien aangerfioedigd. Zié
Magazijn van Landbouw. B . 1 bl. 3a8. env. B . 11. bl. a. env. waar ook de wijze van déze teelt is
opgegeven. De beste zaaitijd is op liet einde van Oogst- of in Herfstmaand. Men zaait het met eenig
vochtig zand vermengd, en brengt er den rol over. Het wordt best gewonnen in Hooimaand , en als
vlas uitgetrokken De Planten van welke men Zaad wil winnen, zamelt men in Herfstmaand in , en houdt
de Planten regtstandig, omdat anders uit de opene Zaaddoos het Zaad terstond zou storten. — Het Zaadf
kan tot goede Spijsolie geslagen worden. De Plant wordt door geen ander vee dan schapen gegeten.
Lianaeus. Beekman.