
P O L YGO N V M B'lstorta.
Beemd Duizendknoop.
Gewoonltjk. Bistorta.
Hoogduitsch. Wiefen Knötrig» Otterwurzel, Krebswurz.
Engelsch. Bistort Knot-grafs or Snakeweed.
Neder duitfche Bijnamen, Naterworcely Slangen- ofAdderwortel, Blöeljendfe’ HaWstoitg;
Bloeit in Bloei— en Zomermaand, ty.
O c t a n d r ia , T r i g y n i a ; A c h tm a n n ig c n , D r i e w ij v i g t h.
Natuurl. Rang volgent L i n n. xn. Oleraceae, Moesgewasfen.
G e s la e h t s K e nm e rk e n . Calyx o : Co£oIla;- 5 - partita * calycina; zónder- Kelk: de-BloetókrdnS
ie e l ig , kelkvormig. Semen unum , angulatum; één Zaadj hoekig.
S o o r t e l i jk e Kern merk en* Caule fiinplicisfimö, inonostachyo; biet een zeer eènvoudigen, énkel*
a:rigen Steng, Foliis o vat is, in petiolum dccurtentibus; eironde } in den Bladfleel neerloopende Bladen;
E in gefloten Bloempje, afzonderlijk en vergroot a. Een ti/fgefpreid Bloempje en joel vergroot bi
Het .Zaad met de. over blijvende Stampers c; Bij A een Wortel, waaraan de fchühben en heb
verdraaide, zigtbaar z ijn: ook ziét men aan het afgefneden onderste gèieeltè Van den IVoktel^
dat: dezelve Van binnen eene r 00daelvtigé kleur heeft.
D e Bladen zijn aan den Steng vastzittende en eindigen in eené Bladfchede, welke den Steng
dig-f omjluit : aan den voet der Bladfchede heeft de- Steng .een zwarén knoop. D e Bloempjes zijd
in de rolronde Bloem-air aan paren geplaatsthebbende elk- een'afzonderlijk 'Bloemjieejtje»
Volgens Roth is één dezer paren vast zittende; -elk -paar is door een roodachtig Schutblaadje
befchermd. De- Plant groeit- ter hoogte van 3 en 4 voeten.
G r o e ip la a t s e n . In droog liggende graslanden.
Aan den westkant van de Mikkelhorstvbmitn Groningen, öp Èsfenburg bij Haf-Act wijk. Te Néér lang •
broek en onder Schalkwyk in de* Provincie Utrechii Tusfchen Muidem en tVèesp,
K r a c h t en G e n e e s k u n d ig G e b r u ik . De Wortel behoort onder de ilërkfte zamentrekkendé
geneesmiddelen en moet daartoe met groote omzigtigheid gebruikt worden. Dezelve Wordt meest in af-
Jcookfel tot mondfpoeling gebruikt* om bet tandvleeseh te verfterken én tegen de fcheurbuik. Dezelve i|
ópgegeven- in de Sataaffche:Apotheek.
H u i s h o u d e l i jk G e b r u ik . Het theel dat de Woftel öplevert* geeft het brood eeh aangenamen
fmaak, (M a t tu jc h k a ) en wordt door de Sweden daartoe gebruikt (Kalm) en dóór fommige Rusfifchd
volkeren, tot eene zeer aangename fpijze befeid (Gme lin ) , Ook kunnen vdc jonge en tedere Bladen als
Moesgewasfen: gekookt en genuttigd worden (M a 11 u s c h ka). Van'den Wortel kan men met bijvoeging
van Zwavel-zuur even; goede inkt maken, als van Galnooten. ( Pliyf. Oecon. afusz.) Gok kan dezelve tot
leerlooijen dienen (G le d i t s c h ) , De Plant wordt gaarne door het vee, met uitzondering der Paarden $
gegeten, en de Bijen azen voordeelig op.de Bloemen (M a 11.),