
breed, elkander dekkend, van boven donker groen, niet glanzig, van onder kort weinig behaard, de
rand vrij regelmatig, weinig diep, scherp gezaagd; eindblaadje breed, rondachtig met korte spits, hartvormig
ingesneden, de beide buitenste blaadjes duidelijk gestoeld of zittend. Bloeitakken tot ± 8 dm.
lang, weinig behaard of viltig, beklierd; stekels recht of iets gebogen en naar beneden gericht, onder de^
bloeiwijze soms langer dan de lager gezetene. Bloeiwijzen anderhalf tot ongeveer 2 dm. lang, pluimvor-
mig, matig breed, naar boven toe weinig versmald, met bladeren tot in den top of niet tot den top be-
bladerd; bijassen niet rijkbloemig, soms in een enkelvormig gevorkt bijscherm eindigend, de bovenste
wijd uitstaande, de onderste verwijderd; hoofdas, bijassen en bloemstelen kort, afstaande en viltig
behaard, soms met wat langere haren, met talrijke gestoelde klieren bezet; deze ongelijk van lengte;
stekels vrij lang, naaldvormig, recht of gebogen, onder de bloemen niet zelden het talrijkst; schutblaadjes
lancetvormig, niet zelden ingesneden, beklierd. Kelkslippen kort, grijsviltig behaard, dicht bezet
met ongelijk lange klierharen, witberand, bestekeld, bij de bloemen teruggeslagen, ook later teruggeslagen
of opgericht. Bloemblaadjes middelmatig groot, vrij breed, omgekeerd eivormig, ovaal tot rondachtig,
blauwachtig rood, beiderzijds behaard. Meeldraden iets langer dan de stampers of even lang,
roodachtig, helmknoppen behaard. Stijlen groen; vruchtbeginsels kaal. Bloembodem kaal. Vruchtzet-
ting volledig; vruchten vrij groot, zwart. (Schipper, Kruidk. Arch. 1925, bl. 208).
Verklaring van de Afbeeldingen: a. Bloem in doorsnede; 6. Meeldraden; c. Bloemknop, vergr.
met witberande kelkslippen; d. Bladachtig steunblad; e. Bloemblaadjes.
Groeiplaats : Van deze braam, die als tripelbastaard wordt beschouwd tusschen (R. caesius Xvsal-
tuum) en R. vestitus zijn nog geen beschrijvingen of vindplaatsen bekend.
Nederland: Door den Heer W. W. Schipper als zeer algemeen voor Westerwolde vermeld. Voor
de hier afgebeelde basterd werden ons door den Heer Schipper planten toegezonden uit Ellersinghui-
zen op 8 Juli en 16 September 1925.