
MALTA lOSCHAT A L.
Welriekende Malowe.
lloogduilsch. Bisam-Malve. Moschusarlige Malve. Bisam-pappel.
Engelsch. Musk Mallow.
Bloeit Julij—September. 4 .
Monadelphia polyandria. Éénbroederigen Veelhelmigen.
Natmrl. Orde volgens linnaeus xxxvii. Columniferae. Malvaceae jdss.
Geslachts-kenmerken. Calyx duplex: externus 5-phjllus, internos S-fidu^ Styli p lu rim ^ inferne
connati Capsula orbicularis, multilocularis, dissepimenta e marg.n.bus mtroflex.s valvularum, loculis
monospermis. Semina axi central! affixa. Valvulae, maturilate - lu t a e , carpid.a
De kelk dubbeld: de uitwendige, a , driebladig, de inwendige, , vij 5.
voet ramen gewassen stijltje!, o. De zaaddoos schijfrond, veelhokkig, de wandjes van de na r
H ebogen randen der klepjes voorkomende, de hokjes 1-zadig ; de zaden aan een m het middenpunt
geplaatst asje vastgehecht. De klapjes in den tijd van rijphe.d loslatende, en dan zoo
onderscheiden vruchtjes daarstellende.
Soortelijke kenmerken. Canle ereeto, snbsimpliei, atque ealyeibus, petiolis pedunenbsqne patent.-
p i l o r Fo.ia radiealia eordato-rotunda, lobata; eaulina 8 -partita , laeimis pm n a t.fid ,, me.s.s vel
bipmnatifidis. Valvulis dense hirsutis, laevibns, margine rotundatis. De regtstandige nagenoeg
éénvoudige steng, benevens de kelkjes en de blad- en bloemstelen, met openslaande baartjes bezet
De wortelbladen bijna bartvormig rond, gelobd; die aan de steng S-deehg de slippen vmdeehg, in-
gesneden of dubbeld-vindeelig. De klapjes, d , ruigharig, glad, met ronden rand.
Dexolve komt somwijlen met nagenoeg onverdeelde en bijna gaafrandige wartelHaden en middensle
I g b l a d e n voor, en is dan de Verscheidenheid | integrifo.ia bij bloep en
de hier afgebeelde alsdan hunne Verscheidenheid | l. laeiniata daarstelt; ook wordt zij met witte
B i j l l e n L T X a n 'd l n bovenrand een weinig ingedrukte, bloembladen; f de meeldraadjes,waarvan
h , g e e n helmknopje onder sterke vergroeiing , en bij h een verdord k e lk je , dat van binnen de
ringvormig vereenigde klapjes o f de afzonderlijke v ru ch tje s , d , bevat. Boor 1 is eene a fw ijkende
plaatsing van een dor drie buitenste kelkblaadjes aangewezen.
Groeipl. Aan het Kanaal bij Ka tw ijk■ J. schuurman stekhoven en büse. Bij de Ilildt; u broers;
te Blaauwkappel: L. marchand. Onder Beek en Ubbergen: de beijer , en naderhand aldaar ook
door den Heer i . 11. a. j . abeleven gevonden. Bij Breda: K. van wascHPENNiNG Door rmj zelven
is zij tot nog toe enkel met witte bloemen aangetroffen: op Bhoodestein bij Merlangbroek op een
weiland omtrent het Huis te Doorn , en overvloedig oP een der Batterijen 1 "* '
ker laatstgenoemde plaats de worlelbladen waren gelijk b i j ; , en de slengbladen alle zoodanig
van var. u. integrijolia bl. en F. gezegd is geworden.