
£ 6 3 .
ERODIUM MOSCHATÜM. Ai-r. LHÉRIT. W i l d ,
GERANIUM MOSCHATÜM. I.
Muskusruiketide Reigersbek.
Hoogduitsoh. Muskus Reicherschnabel.
Bloeit van Junij—September. 0 .
Natuurlijk Stelsel. Thalamanthae. — Ordo II. Schitocarpicae. Formatio II. Geraniiflorae.
Fam. 115. Geraniaccae. reich.
Stelsel van linnaeus. Cl. XVI. Monadelphia. Pentandria.
Geslachts kenmerken. Pedunculi mulliflori. Calyx. 5-partitus Corolla 5-petala regularis. Arilli
5, 1 -spermi. aristati, ad basin receptaculi rostrati, aristis spiralibus introrsum barbatis. — De bloemstelen
zijn veelbloemig. De kelk is vijfdeelig. De bloemkroon 5-bladig regelmatig. Vijf éénzadige,
genaaide zaadrokken , aan den voet van den vruchtbodem gesnaveld, met de naalden van binnen spiraalsgewijze
gebaard.
Soorteluke kenmerken. Pedunculis multifloris, foliis pinnatis, pinnis subpetiolatis, oblongis inciso-
dentatis; petalis aequalibus, calyce longioribus. Caule procumbentc. Pedunculi axillare longi. —
Met veelbloemige bloemsteelen. De bladeren zijn gevind, met bijna gesteelde vinblaadjes, die langwerpig
en ingesneden getand zijn; de bloembladen zijn gelijk, langer dan de kelk. De steng neder-
liggendc.' De bloemsteelen zijn lang en inde oksels ge plaatst, a. De geheele plant met de bloemen, b.
Eene onrijpe vrucht, c. De rijpe vruchten.
De geheele plant is min o f meer zachtharig, zij gelijkt veel op de Erodium Cicutarium, doch der-
'zelver bladen zijn minder ingesneden en gelijken veel naar de wortelbladeren van Pimpinella
Saxifraga. De bloembladen zijn rond, de bloemen zelve rozekleurig. Deze Erodium verspreidt
gedurende droog weder, eene aangename geur van Muskus, doch niet wanneer het regent.
Groeiplaats. Bij ’sHage en Zwol. de gorter. Bij Utrecht, w. r . van den ende, ïn Zeeland,
D. r . van den bosch (vid. Pi'odomus Florae Batavae).
Gebruik. Onbekend.