•T s l -B T - p tu r tp S . V I Y
A N A S
D I M I D I A T A .
H A L V E
E E N D V O G E L .
I n die Vogelen - Werk hebben wy ons altoos toegdegd , om, door eigen Waameemingen en
Aanmerkingen, de duisterheden, die zo by de oude als hedendaagfehe Aucheuren voorkwa-
men, zo ’t doenlyk was, op te helderen, Her Geflagc der E e n d e n gaf, door de menigvuldige
daar in voorkomende Verfcheidenheden, dikwils hier toe gelegenheid aan de hand. En ’t is zon-
derling, dat wy de genen, die by ons in dewandeling, H a l v e V o g e l s genoemd worden, om-
ze van de grooteren, die men eigenlyk E e n d v o g e l s of G e h e e l e V o g e l s noemt, te onderfchei-
den, tot nog toe waren voorbygegaan.
Wy hdbben deeze laatften, als Wilde Eendvogels, onder de lbortbenaaminge van Spiegel-Eend
of Ring-Eend (Baschas) en van Smient of Fluit Eend (Penelope) reeds lang te vooren in Af beelding
gebragt en befchreven (*). Deeze zyn hier te Lande wel de gemeenften, körnende, inzondeiv
heid des Winters overvloedig te koop voor. Men heeß oudtyds die Latynlche naamen onder elkander
verward, en de Wilde Eendvogels meestendeels flegts naar degrooteonderfcheiden. Dus
vindt men, dat G e s n e r u s van Mittel- Endte Ipfeekt, door welke hy een kleine loort van Eenden,
fchynt bedoeld te hebben, die A ld r o v a n d u s onder den naam van Wilde bruine Eend heefc
af-
(?) In '*£ III. Deel blad?, a n — ai8. Plaat 109— uz.
T t t t