Graauwe Heide.
Hoogduitsch. Graue Heide.
Bloeit. Julij—Augustus.
Natuurlijk Stelsel en Stelsel van linnaeus, zoo als de voorgaande.
Geslachts kenmerken. Gelijk de voorgaande.
So ortelijke kenmerken. Foliis oppositis ternisque linearibus, floribus subcapitatis, stylo sub-
exserto, corollis ovatis. — De bladen zijn tegenovergesteld drie-voudig en lijnvormig, de bloemen
bijna kopvormig, met het stijltje een weinig uitspringend, de bloemkroontjes zijn eirond.
a. Eenë tak met bladen en bloemen, b. De bloemen vergroot, c. De vrucht, d. Het vierhokkige zaaddoosje
vergroot en geopend.
Deze soott bereikt slechts eene hoogte van anderhalve a twee voeten. De bloemen zijn donker violetkleurig.
JU en kent er twee verscheidenheden van met bleeke en donkere purpere bloemen.
Groeiplaats. Bij Maastricht, bij Naarden, bij de Bildt, bij Utrecht. De gorter.
Gebr u ik . Als de voorgaande.