i f;
i-r
I f :
Worden; ze Verftcrken het I lc r te , lefTchen den dorft , cn
Verkwikken zeer.
§ 20.
D c Aforc/hf! worden in Duitfchland en elders ook veel ge-
drongt, dewclke daarna, met wat zuiker gekookt zyn d e , een
äangonaam Eeten zyn.
§ =1.
Wilt ge ecu aangenaam Rasifiaat o f L ip e u r maken, zoo
neemt wcl gedroogde Mo rclkn, ftamptzc met Stenen cn met
al in ccn V y f e l , zetze dan np goede Brandcwyn , doet daar
b y wat Zuiker, cen wcinig Kanncel en eenige Nagels, en laat
het eenige tyd in dc Z o im c , o f by ’tvu ur trekken; g y zu lt dan
iets Ickkers hebb en, dat g y w c l b y occafie aan aanzienelyke
hlenfchen prefenteercn m o o g t : W il men dit Afcrekzel heel
klaar hebben , zo laat het door VIoei-papicr lo p en , ’t zal
dan zeer hcldcr wezen.
Men kan die Liqueur' ook maaken van verfche Morellen,
maar dat is zoo aaftgenaam cn kragtig niet als van gedroogde,
om dat het wateragtige Zap der verfche Morellen het zelve
v c rzw ak t; nuar als m e n ’t zelve hier van maakt, moet men
’er dc Stcencn uitnemcn, dezelve apart in ftukken ftampen,
ell dan met ’c v le eleh, enz. op Brandewyn z eu en , als voren.
§ 22.
In Duitfchland, daar veel Krieken in het wild waffen, en
inzonderheid in Zwitzerland, word ’er een Water o f Geeft
uic de Krieken gedißilleert, na dat dezelve met de Steenen
geftotcn zyn , en wat geftaan hebben tot dacze g iften , het
welk men aldaar Kirfch-wajfer noemt, dat niet alleen zeer
aangenaam, maar o o k , matig gebruikt wordende, gezond is ,
want liet verfterkt het Hcrte en verkwikt de Geeften.
§ 23.
hicn maakt mctd e Morellen een aangename IVyn, in-
zondcrhcid in de Wyn-landen, aldaar Kirfch- o f WekhfeUwein
(dat is Kcrfe-'bf Morelle-wyn) genaamt, die zeer geiirig en in
dc hcete Zonier-dagcn zeer verkoelendc en veikwikkende is.
D c w y z e om deze W yn te maken is lig t; men neemt More] , !
len, men ftampt ze met de Steenen wel klein, na dat de Stee*
len ’er afgedaan z y n , men doet die in g o ed e , zagte roode ■
W y n , o f ook in witte W y n , met eenige Nagels o f Kanecl,
7.0 men w il, na omtrent 14 Dagen is dezelve bekwaam t o t ’t
gebruik.
§ 24.
Om dc Kerfcn cen geheel Jaar lang goed o f verfch te be* '
wa ren, doet men als volgt. IMen plukt de Kcrfen, (van de |
fchoonfte, even ryp e )b y heldcr droog weer zeer voorzigcig,
dat ze n ie t ’t minfte gekneuft worden, men doet ze in eene '
glazen V lefch met een wyde mond , men maakt dan dc :
mond der V l c f c li , door middcl van ecu Kurk en daar over ,
heen Mars, dat met wat Terpcntyn eu Was fmeltende ver- ,
mengt is , wcl wdtcr-digt; Aan deze Vlefch maakt men dan '
een Koorde, o f beter een lang Koperdraat v a ft, dcwyl een
Koorde haaft vcvrot, cn men laat de Vlefch dan in cen koe- i
Ic Rcgen-hak, P u t o f Bron, tot op de grond ncder zakken,
de Koord o f Draad dan boven vaft makcnde, om daar
mede de V lefch op zyn tyd weer op te halen. Op deze w y ze
kan men in dc Winter verfche Kerfcn opdisfchen.
§ 25.
Men kan de Kerfen ook op deze w y z e een geheel Jaar lang
v o o r ’t bederf bewaren: N a dat de Kerfen voo rz ig tig , gelyk
te voren (§ 24.) geplukt, en dc Steelen ’er inccft afgcfneden
z y n , Icgt men dezelve in een verglaasde P o t ; dan maakt men
goede witte W yn heet, cn giet die zo licet over de Kerfen,
tot dat ze daar onder bedolven z y n , als dan de Wyn koud
geworden is , bedckt men die met een dunncBodem van ge-
fnioltcn Bote r, en men bewaart de Pot op ccn droge plaats,
en daar het ’s Winters niet en vrieft : D o g deze Kerfen dienen
alleen tot Spys-toebcreiding, in de Winter o f op andere
tyd e n : B y ’t gebruik neemt men de Boter boven a f , en na de
bcnodigdc Kerfen ’er nit de Pot genomen hebbende, fmelt
men de Boter en giet zc weer over de W y n , wclkc Boter
dc Kerfcn voor dc Lngt cn dus v o o r ’t bederf bewaart.
§ 2 6 .
B E S C H R Y V I N G VaH Dk
’ § 26.
T en laalften moot ik nog aamneiken, dat de V o g e ls , in-
gonderlieid de Staarget,, Majfctm en Lyßcrs, de K c r fsn z t ti
aandoen, cn dikwils zodanig aanfpiekcn, dat men’er weinig
van de Bomen plnkkcn kan, Indien men niet op middelen
liedagt is , om de Vogels van de Bomen a f te kercn. Zom-
mige hangen tot dien cinde boveil uit dc Bomen aan een Staak
eenige dode grote V o g e l s , om de levendc te verfchrikken,
o f ze hangen om de Bomen Touwcn met veel V itrm : Andere
zetten Klapper-molens, die door de wind gedraait Worden cn
een (lerk gevaas maken, op ilaaken b y de Bomen. D o g alle
deze Praayken zyn van weinig dienft; wantde Vogels merken
het bedrog haaft, en vrczen die dingen na een Da g e il 3
weinig meer, zo dat ik gezien h eb , dat ze zelfs op diergelyke
dingen gingen z itten, inzonderheid de jonge Stmrgen, die
zeer dom en dried: zyn.
Her befte middel is , dat men Netten Over de Bonlcn hangt;
cn op d a t ’t Net geen nadecl aan de jonge Loten der Bomen
doen zou d o , die anders door het N e t , als het 'cr oplegd,
gcdrokt en gekneuft w o rden , o f fch ee f grocjen , zo zct
men ddn o f meer Kru iflen , die van latten gemaakt cn aan
een ftaak vaft gefpykert z y n , kriiis-wys en tiifrdien de Boom
d o o r , waarop het N e t koomt te leg g en , om alzo de Boom
iiiet o f weinig te raakeii.
§ 27.
Zommige vermögende L ie f hcbbers doen exprcs grote Netten
bereyden, om daar mede een g eh ee l, min o f meerdci groo t,
Kcr fe-Hof, waarin de Bomen tot dien einde wat digter als or-
dinaris b y elkander geplaatft zyn , van boven cn ter zyde te
bcdckkcn ; wordende hier cn daar tuffchen dc Bomen met
order een Paal in de grond g e z e t , cn daar over hcen L a tten
g ele gt, waarop het Bovcn-net koomt te ruften.
Men kan dc Kerfen, indien de Bomen in een apartc Bogard
by malkander fta a ii, ook voor de Vogels b ew a ren , door
middel van een Jongetie, die nfen voor weinig t)ag-gcld heb-»
ben k a n , den geheelen dag daarby met een Ratel te latcn
oppaiTen , om dus de aankomende Vogels d o o r ’t geraas def
Ratcl te verjagen: D n g ’t heeft zomtyds , inzonderheid als
de Vogels in menigte z y n , nog al zyn w e rk , o ra ’e rM ee fte f
Van te blyven , en daar dient nauwkeurig , van ’s morgens
heel vroeg tot ’s avonds laat op gelet te worden.
§29.
Zommige mecnen deze ongcnodigde gaften te verjagen #
door middcl v a n ’t fchieten ; maar dit zal cen ervaren Hove-
nicr o f Eygenaar niet ligt dulden , om dat znlks niet alleen
weinig nut d oe t, maar ook hooftzakelyk, omdat de Bomcti
door den Hagel zeer worden bedorven.
I-iet Hout der Kerfc.homen is h a rd , van koleur bruin-ros*
ag tig, en word veel gczogt van dc Draayers, Schrynwerkers,
L y ftma kcrs, Stoelraakers, enz. om daarvan Stoelen en andere
cierlyke dingen te maken.
N n zal ik ten laatften, tot Vermaak van de Liefhebbers^
nog iets melden van het vervroegen der Kerfen, dat i s ,
hoc men de Kcrfen v ro e g e r , als in de ordinaris natuurlyke
tyd van rypwording hebben kan: Dit gefchied op veifcheu
derhande w y z e : Eerftelyk
§ 32.
Verkieft een o f mcer jouge Boomtjes van de PraetgfcU
MufcadeUkers, ’t z y laag- o f half-ftamde , die nog niet zeer
grote Kronen hebben , maar wel a a n ’t dragen zyn ; gelyk
deze zoort van natuur vroege vrugten g e e ft , zynde andere
zoorten niet zeer bekwaam om te vervroegen; graaft die in
het Voorjaar voorzigtig u it, en plant ze in bekwame grote
Ka ffen, V a ten , o f beft in g ro te , w y d e , gcbakkene fteene
Potten , zetze dan ergens op ecu fchaduwagtigc plaats , cn
E a onder.