
' i V :
■Í
¡I
Í
J »
il
beloond door de inkomilen , welken het op z y nen
tyd geeft?
y . Welken zyn die inkomilen?
A , De Knoppen deezer Plant geeveu Lynolie
tot de verwen der Schilders, tot het drukken
van Bo,eken , en tot geneezing van Wonden en
Ziekten ------ Men maakt ook Koeken van het
Zaad ter voedinge van ons Vee , en in nood kan
men er brood van bakken ------- En vooral geeft
deeze Plant het Linnen, waai'van w y de zindely-
ke Hemden maaken , die zo nuttig zyn voor het
welvaaren onzes Lichaams.
V . En als die verfleeteii zyn?
A . Dan kan men ze tot tintel branden , nodig
om Vuiir te krygen in den n ag t, ora eene kaars ,
o f eene pyp tabak daaraan te ontileeken. Ook kan
men oud iinnen laaten vermaalen op eenen Papiermo-
l e n , om daarvan een pap met water en. lym te
maaken , en dan in platte Vormeu ,te gieten, wanneer
men bladen Papiers daai'van k r y g t , die tot .
duizend nuttige gebruiken dienen.
V . Welke andere Plant komt naby , o f overtreft
het Vlas in nuttigheden?
A . De HENNiP , eene P lan t, die veel hooger
dan het Vlas opfchiet.
V . Waarom is deeze zo nuttig?
A . Om dat men van derzelver draaden ook
Hemden , Zeildoek , Touwen en Kabels; en van
den houtagcigen ftengel Zwavelftokken maakt.
V. Kabels o f Touwen kan men van Vlas flaan.
A. Neen 1 en hierom overtreft de Hennip het
Vlas in voordeelen ; zonder dezelven zouden tocli
/on ze Schepen niet naar Zee kunnen gaan , om
Koopwaaren te vervoeren,
V. Wel-
V . Welke uitwerking heeft deeze befchouwing
op uw hart?
A . Ik behoor verbaasd t e . ftaan over zo yeels
middelen , welken God tot onderhoud en welzyn
der Menfchen zyner Waereld gegeeven h e e ft , en
die hy ook tot op deezen dag in Hand houdt. Ik
heb er myn deel van , en mo^t Hem daarom loven
en dienen met een gehoorzaam hart.
V . Hebt gy wel ooit te vooren kunnen denken
, dat God zo veele middelen gegeeven hadt
to tj onderhoud en welzyn der Menfchen zyner
Waereld?
A . Neen ! dit heb ik niet kiinnen denken , en
zou er ook waarfchynlyk met zo veel aandagt
nooit op gelet hebben , hadt ik geene Leermeesters
en Ouders gehad , die my hierin den
weg w e e z e ii, en myne aandagt bepaalden tot za
veel en meer dingen , dan ik op uwe vraagen van
den O o g s t, van het Gras, H o o i, Graanen, eti*
andere Gewasfen gezegd heb.
V . Hoe geiukkig is het dan, al v r o e g , gog-'
de Wegwyzers hierin te hebben! '
A . Ik gelobf het geen my hiervan gezegd is ,
dat , naameiyk, dit gerekend ifioet rVordeii onder
de-grobtile voorregten van ons jeugdig ¡even.
E E N