
m
r i : ,
i iij
4Ö ÍI A N D E N. V O E T E N.'
V. Hier is . niets meer byzonders op te merken?
' , '
. A . Ja wel ! by voorbeeld , dat de h u id in ’ de
banden met den tyd dikker w o rd t, om niet ligt-
iyk door het werken te verílyten , en egter
het fyne gevoel niet verliest — — dat de Duimen
flerker .zyn dan :d e -vier vingers , en deeze ailen
niet even lang zyn , om iets wél vast te kunnen
houden ------- en dat men met die v y f de fchooníie
Schriften en ;de fraaifte Schilderyen o f Werk-
tuigen kan leeren maaken.
-V. Nu eens van de Handen en Vingers cot de
VOETEN overgaani- ,
A . De VOETEN: zyn ■ de twee Grondflellen van
’t Lichaam , om het te brengen , waar het wil
zyn. In dezelven - ontmoet men al weér Beentjes,
G ew r ig t e n e n Banden, om alies aanéén te houden
— — ook cenen vasten z o o l er onder , om
de Aders en Zenuwen daar niet te kwetzen , ais
we op harde gronden lang gaaii ■ o f íiaan ------- en
hol' in het midden, om ons veel vaster op de
beenen te maaken.
V . En deeze Voeten zyn bedekt . . . . ?
A. Vo eten , Been en , Armen., met.ée'n woord,
het gebeeie Lichaam is bedekt met eene h u i d ,
onzen keurigen Overrok , die over, alies wél past,
doorboord met millioenen onzigtbaare fyne gaat-
jes , zWEETGAATEN geiioemd , dienende , om de
overtollige en fchaadelyke vogten uit het L ic haam
te laaten uitwaasfemen. Over deezen hee-
len toeílel riep jou in verrukking u i t : m e t v e l e n
v le e s c b b e b í g y m y b e k l e e d : m e t b e e n e n ook e n z a -
n u w e n ' , dat i s , met fpieren en peezen , h e b t g y
■my z a m e n g e v lo g í e n , X. 1 1 .
V , Kee-
M A A G. H A R T.
V . Keeren wy nu eens naar binnen, en laat
ik hooren , wat gy weet van den inwendigen
toeilel uws Lichagms?
A . De voornaamfte deelen zyn de ma ag , een-
zak o f wyde Darm , waarin de S p y s , in den
mond tot pap gemaalen , en door den liokdarmi
er ingekomen, ombonden wordt ------ de g a l -
BLAAS, digt daarby gezet , nevens het zo genoemde
ALVLEESCIISAP ftorten er vervolgens een nuttig
vogt over tot verdere ontbinding van taaie ftoff
e n de gladde d a rm e n , wel d e r t i g _ voeten
kn g , dit voedfel dan ontvangende, ftuwen het
zagtjes v o o r t , en intiisfchen florpen veele millioenen
mondjes, in de Darmen geplaatst, de fyne
fappeii op , en laaten de groove deelen der fpyze
ter uitwerpinge voorbytrekken.
V . Hoe nu verder?
A . Deeze fyne voedende Sappen, nu c h y l geheeten
, worden gebragt eerst in de klieren van
het d a r m s c iie il , en van daar , met water gedudd,
in eene Buis ,. en , zo opwaards naar het Hart ge-
voerd , om za tot Bloed te maaken.
V . Hoe gefchiedt dit allerverwonderlykst werk?
A . Het HART ontvangt deeze Sappen, en werpt
ze in de L o n g : de Long wryft en bereidt z e : de
ingeademde L u c h t , gaande door de reeds'genoemde
LUCHTBUIS in den ha ls , neemt er , door de
in- en uitademing, de brandbaare deelen a f : en daii
keeren ze we& in het Hart.
V . Nu zyu deeze Sappen volkomen goed
BLOED ?
A . Ja wel , en het Lichaam moet er nu door
gevoed worden.
V . lio e gefchiedt dat?
A . Her
Í . .
fi
*
, Ci,
m