
" m
U A:
i 4 r,!', f
m ' i
IOO GEVOEL EN LEVEN »ER PLANTEN.
A . Dat de'Planten , gelyk w y , g e v o e l hebben,
en zieh op fommige tyden fluiten.
V. Waartoe dient dit?
A . Om te myden al wat haar nadeel kan toebrengen
, en aan te neemen, al wat mittig is tot
haar onderhoud. ,
V . Hoe lang leeven z y ?
A . Dit is verfchillend. Sommigen één , o f meer
jaaren , tot honderd toe , en nog langer.
V. Waarom leeven fommigen zo lang?
A . Om ons meer diensten te kunnen doen»
en haar geflagt lang voort te planten.
V . Is dan God zo zeer bezorgt', dat Planten
ons veele diensten doen?
A . Blyltt dat niet en uit de Schepping , vaii
zulk een groot getal van Planten, en uit de
zorgvuldlge onderhouding , welke Hy aan dezelven
beileed?
V . En moeten zy zo lang haar geflagt voort-
planten ?
A . Vermids God niets wil laaten verlooren
gaan van a l , wat Hy gefchaapen h e e ft, doet Hy
veele Planten o f veel Zaad ge ev en , o f haare
Nakomelingen lang voortplanten. Ging één van
alle Gewasfen verlooren, hoe zouden wy dat
verlies vergoed o f herfteld kunnen ‘ krygen. Geen
enkel Grasje vermögen w y met alle onze fchran-
derheid en konst voorttebrengen.
V . Dus zien w y hier ’ s Scheppers 'Almagt en
onze kragteloosheid ?
A . Deeze twee zeer verfchiilende zaaken kun-
nen w y alle oogenblikken ontdekken. Het een
verhoogt God » het ander vemedert ons.
Z E S -
Z E S T 1 E N D E
Z A M E N S PR A A K
O v E R D E
V ERSCHEID ENHEID e n N U TT IGH E ID d e r
PL AN T EN ONZES V AD ER LAN D S. '
VRAAG. L a a t ik U ook eenige andere dingen
aangaande de Planten vraagen , by voorbeeM , hoe
veele foorten kent men reeds?
a n t w o o r d . Meer dan vyfëniwinlig dnizend foor-
ten , waarvan in ons klein Land twaalßonderd ver-
fchülende ; groeien.
V , Waarom fchiep God een zo groot getal?
A . Om dat eene menigte voor. Menfchen,
D ie ren, V o g e len , V isfchen , en Infeften ter fpyze
o f geneezing dient, ook om verwen van te
maaken , en tot andere einden.
, V . .Waar groeien z y ?
A. In Zee en Rivieren , boven o f onder water
, in allerlei gronden, op huizen, boomen em
muuren.
V . Welken zyn de vooriiaamften in onze wateren?
'
A . Het EENDEKRoos , een voedfel voor de Een-
e 3 den;
■
fl!
wf
i
§
iHi