i 8
e e r s t e d e e l
mogclijknandit Land alleen eigen ■ ik defcramen tobbe w il- I
I T T Y-A L V.
26. A f t e k e n i n g e .
@E twedc foort word van de Bramans,
AuuGÓlï genoemd, is mede een hooge
boom , maar, kleinder als de andere
foorten, met dichte en wijdverfpreide
groene takken. D e wortel is even eens. De
%m een vadem d ik , van baft en fap als de voorgaande,
maar van de takken van defe boom han-
gen langachtige vefclen o f wortdrjens af. De
fhruïten zijn bleek groen en geleded. D e bladeren
ziin kleinder als die van de andere, aandefpits
breder als aan de Heel, d ik , ya ft, dicht en
aan beide de lijden geweldig blinkende, maar
jneeft op de rechter, alwaar fy verdon groen zijn,
famentrekkende en bitter van fmaak. De kruin
van de botten o f tedere fpruiten is even als de
voorgaande. De vruchten d ie tw e , drie of wel
alleen boven uit de grond der bladeren, en hier
en daar op kleine fteeltjens voortkomen, zijn
klein en ron d, op .de kruin met een uitftekend
navcltien gekroond, vancoleur even als de vorige.
Ook zijn de korrelen veel in getal, even
al? die van de eerfte fo o r t, maar kleinder. D e
baß van de boom gefloten en met melk uitgetrokken
verdrijft de draijingen o f fwijmelingen
van het hoofd. Hetaffiedfelvaode bladeren met
olie g ek oo kt, geneeft de fweeren, wanneer het
lichaam daar mede word gefineerd j de verdere
krachten zijn even als die die wy nu rcets hebben
■ befchrcven.
ié. A F T E K E N I N G ^
Defc twedc foort van Vijgcbw.ro ta n men niet onbequ.me. | , . » » » » . " < « * •
lik na mijn oordeel noemen , Ficut MaUbarenfu, folio denfmfiu.
% E A L V.
27. A f t e k e n i n g e.
£ derde foort noemen de Bramans
is een boom als de voor-
i l a gaande, gelijk ook de m n c l, de pm
V A fs wat dikker , de ft»tra o f jonge
fpruiten even eens. D e bUdirn die
aan lange, dunne, ronde, bleekgroene fteeltjens
hangen\ zijn even als het hert vaneen menfeh ,
v o o f met e in lange fpits ; vaft en d icht, maar
fo dik niet als die van de tw e d c fo o r tm a a r als fy
oud zijn rouw , aan de binnen kant donker groen
en blinkend, aan de buiten kant helder. Uit
de middelde rib die aan beide de lijden uitfteekt
komen veele dwars nW « ,» ,. die alle aan de
kant bochtig tot malkanderen inlopen en meeft
Ac rechte? fiide uitfteken. D e krum ïseyen
aB die van de andere foorten D e vruchten komra
voort cn zijn als die van de liiyal». bleker
“ Td als die van de Alt, Al», maar hebben van
binnen geen mieren. Ook is het evens eens met
de korrelen gelegen. Defe boom is aan de God
Veftum toegewijd, want de Prieflers feggendat
hy onder defelvc geboren is en bloemen heeft gedragen
: hare godsdienft brengd mede dat fy de-
felve aanbidden, met een muur omtrekken, en
den boom en de fleenen met een rood merk tekenen,
en daarom word hy van deChriften Inwoon-
ders Duivels boom genoemd. Hetaffiedfelvande
baft van de w ortel verbeterd de fcherpigheid van de
fwarte gal en fuiverd het bloed, en word voor
een treffelijk geneesmiddel gehouden in yaft gcfette
en ingewortelde koortfen. De baft van de
boom gefloten en opgelegd geneeft de fweren, en
met water op defelve wijfe gebruikt, de Lalanje.
Het uitgeperfte [ a f der bladeren met olie ge-
ko okt, is dienftig in de gigtige koortfen .w a n neer
het lichaam daar mede word gefineerd.
27. A F T E K E N I N G E.
P E