14 E E R S T E d e e l
w it uit den g e len . o f bruin uit den géien, als
een fterre, met feftien lange, fmalle, fpicfe
bladeren, die twe aan twe feer dicht aan den anderen
ftaan, van een aangename en krachtige
reuk. In het midden is een dik en ïpits hertje,
welk met acht witte opftaande bladeren is omfet,
hebbende acht recht opftaande, korte, dikke,
witachtige en hayrige bloemblaadjens, die aan
haar top fpits en gee l, en met een w it geelachtig
helmpjen, welk de bot van de vrucht is , omfet
zyn , uit welke een licht groen en w itachtig ton-
getje fteekt; De knoppen van de bloemen zyn Kegel
rondenmufcuscoleur. Van de bloemen worden
kprallen gemaakt. De vruchten zyn langachtig
rond even als olijven, eerft groen, daarna g ed
en roodachtig, het vleelch van binnen is geel en
meelachtig, worden gegeten. Hebben doorj
j A F T E §
Alfo ik noch taal noch teken van dele plant by anderen vin- I
°e ’. 00rdeel ihdat men delelve noemen moet, Oleo-Afhntm I
Pyri folio Uahbancam, fiere odoriferoftill.no. En hy moet geen- I
gaans in haar een o f ook wel twe grootachtige,
langwerpig ronde en eenigfins effene fténen,
bruin ros en blinkende van coleur. Twemaal des
jaars geeft defc boom bloemen. D e Inlanders halen
uit de bloemen een water over, het gene ui-
termaten wel riekende is. D e wortel met azyn
gefloten, verdryft alle gefwellen van het aange-
fiC" j ’i wanneer de geraakte plaats daar mede
word beftreken; met w a t e r opdefelve wijfege*
bruikt geneed hy de puiften van den mond.
Het ajfiedfel van de b a ß , is goed voorde B ru in , als
oog voor de randpyn. Het evergebunlde tvuter uit de
bloemen gedronken, isgoedvoordefwaargeefti-
ge en kooitfige. De geftotene vruchten mee
warmwater ingenomen, zyn bovenmaten goed
m een fware baringe.
E N I N G E.
fints verwerd worden met de Väfawll van de Br amant of
de Pavate van Acefta, van welke boom fic delfelfs Ar mat
Htßor. Cap. 14.
t&AiA AT%) fM E ^ A fM.
21. A f T e K E N I N G e.
p Anjapumeram; de Bramans leggen
H p‘tr,‘*tac*i j is een grote boom, drie o f
jg vier mans langte h o o g , met dichte,
| groene breeduitgeftrekte takken ,
groeijende in fandagtige plaatfen. D e
wortel Ipreid fijne takken onder en boven de aarde.
D e pam isomtrend twee voet d ik, graauw
van baft. De botten zyn vierkant, hebben een
roflebaft, die van binnen groen is. D e bladeren
komen twe aan twetegens den anderen over,
zijn aan de fteel u itgehok, en aan de Ïpits naauw
faamgetrokken, dik van weeffcl, rouw enon-
elfen, op de rechter fyde donkergroen en glimmende,
op de andere helder groen, lamentrek-
kende en bitterachtig van fmaak. Op de ave- .
rechtfe zijde lopen uit de middelfte rib andere
ribben, die al te amen dicht by de rand bochtig
in malkanderen lopen. De bloemen komen op
rouwe ftceltjens, die twe en twe regens over
malkanderen boven uit het begin der bladeren
voortkomen, welke ftceltjens haar in dri'en verdelen,
en op yeder tak jen fitten v y f bloempjcns
by den anderen , foet en aangenaam van reuk als
. belten honig, van binnen en buiten witacht
ig , beftaandeuitfes, feven, ja acht bladeren ,
dewelke aan de fteel finalft, om hoog bredrê
z yn , en aan haartoptwekorteinfnydingenheb-
ben, diin en rouw van maakfel, in de fon ge-
weldig glmfterende; in de fchede van de bfie-
men die fafiamg en goud geel zyn, zyn twe gele
bloembladen, die recht opftaande dikke en wit
,1 i ? PJenS he“ eni de gedroogde huisjens
van de bloemen nuken als faffraan, de inwoon-
ders mengen die met fandelhout, en verwen
haar lichaam daar mede. De vruchten zyn plat
rond, groen van coleur, hebben in het Midden
S r - ™ wederfijden tot aan de kruin
loopt. In delelve zyn twe ronde dicht in eenge-
drongene zaden, die ten wederfijden onder de
baft uitpuilen, en dooreen vlies van denanderen
r t ru ik ldC0 Zyn' Heeft in dc Medicyne geen
Lang heb ik in twyffcl geftaan, of defc boom niet defelve fchrvvïm». Am . . . .
was, met de Arbor triflit fel MyrtiC, Bauhini. De Bramanfel vall7n ^ r Ki d onfcJoveree''k°mt. Maar het dageJikfe af-
naam Paria,acü geviel myfier wel/welkemet de Z a r iß ) ioudmy te^en. waar
naam P*rizataee niet qualik fcheen «vereen te komen; als getuigen!, van K RSf Z®“ ” ? : alfo na het
ook de bcfchryvinge van Clufiut, getrokken uit het verhaal Bloemen b e t r / T l l f n T hCt alleen dic
van Fabriciut; voornamentlik alfo die dingen, welke de an- worden M r " i f°'lne dralen getroffen kunnen
der. fehryvera van de fteel,jen., eolenr, J , i b r a i t ^
b lo .» » , da» by voegen, nier onbe,namelijk met de beJIftinyrefeeï A / J ' y ■ ■ ■ ? ™ “ d" ‘
CONN A.