
V A L E R I A N A dioica.
Tweehuizige Valeriaan»
Hoogduitsch. Kleiner Baldrian. Sumpf Baldrian.
Engel sch. Small, or Marsh Valerian.
Nederduitsche bijnaam, Kleine wilde Valeriaan.
Bloeit in Mei en Juni), If
T r i a n d r i a , M o n o g y n ia ; Driehelmigen , iènstijligen•
Natuurl, Rang volgens L in n . XLVIII. Aggregatae. V a le ria n e a e ,D e c a n d o lle .
G e s l a c h t s K e nm e rk e n . Calycis limbus intus revolutus, demmn in pappum plumosum evolutus;
De boord van den Kelk naar binnen omgekruld, naderhand in een gevederd zaadpluis ontwikkeld. Corolla
subinfundibuliformis, 5-loba, ecalcarata subinaequalis; De bloemkroon bijna trechtervormig, 5-lobbig
ongespoord, meer of min ongelijkvormig. Capsula ï-locularis j Zaaddoos i-hokkig.
S o o r t e l i j k e K e nm e rk e n . Floribus dioicis; met tweehuizige bloemen. Fcliis radicalibus petiolatis
ovatis; caulinis pinnatis, pinnis integerrimis ; gesteelde eironde wortelbladen, gevinde stengbladen met
gaafrandige vinnen.
De plant m aalt eene uitzondering op de andere soorten van Valeriaan, welke geweonljk twee-
kunnige bloemen bezitten, doch die in deze soort tweehuizig zijn. Men ziet op nevensgaande
plaat de vrouwelijke~pldnt in haar geheel afgebeeld en van de mannelijke plant slechts het
bovenste gedeelte. De wortel is bruin en eenigzins geurig; de wortelbladen gesteeld, eenvoudig
eirond o f langwerpig• De steng is gewoonlijk zonder takken en glad, De stengbladen zamen-
gesteld, gevind met lancetvormige blaadjes, waarvan de eindeliftgsche grooter is dan de
overige; somwijlen zijn de bladen zeer diep vindeelig-ingesneden. De mannelijke bloemen,
waarvan men er eene-op zijde vindt afgebeeld bij a en van voren bij b, zijn in eene pluim ver•
eenigd; terwijl de vrouwelijke bloemen meer zamengedröngen zijn. Men ziet eene vrouwelijke
bloemkroon met het daaronder geplaatste vruchtbeginsel eenigzins vergroot afgebeeld bij c. De
kelk is klein en naar binnen omgekruld, doch wordt, na de bevruchting der bloemt veel
grooter en ontwikkelt zich in een gevederd zaadpluis, hetwelk eene groote overeenkomst met dat
der zamengestelde bloemen vertoont. Men ontmoet nu en dan .ook tweekunnige bloemen, doch
deze zijn volgens S m ith slechts in schijn zoodanige daar de meeldiaden en stampers alsdan
zelden volkomen zijn. De plant groeit ter hoogte van 4 of 5 palmen.
G r o e ip l a a t s e n . In vochtige weilanden, vooral op veengronden.
Zeer algemeen door het gansche land: onder anderen bij Amsterdam, Haarlemi *s Gravenhage, Utrechtt
'JVijmegèn, Groningen, enz.
H u i s h o u d e l i jk G e b r u ik . Dezelve wordt voor de Apotheken meermalen opgezameld in plaats van
Valeriana officinalis, waarvan zij ook in geneeskracht aanmerkelijk verschilt, ah zijnde veel minde?
krachtig dan deze. — De plant is aangenaam voor het vee volgens G m e lin , en wordt door de schapen
en geiten genuttigd (J?an suec); maar B ru gm a n s houdt ze algemeen schadelijk in de weilanden.