
RUBUS RlIBICUNDUS P. J. MULL ET WIRTG.
Roodgekleurde braam.
Hoogduitsch: Róthfarbige Brombeere.
Engelsch: Red colored Bramble.
Bloeit: Juli. h.
PI. 2016.
Stelsel van Linnaeus: Cl. XII. Ord. III.' Icosandria. Polygynia.
Natuurlijk stelsel: Vasculares Dieotyledoneae. Ord. Rosaoeae.
Geslachtskenmerken: Zie Dl. II, N°. 105.
Soortelijke kenmerken: Turiones teretiusculi dense pilosi, sparsim glandulosi; aculeis rectis vel
param reclinatis instructi; folia ternata quinataque, petiolo aculeis setaceis reclinatis munito, foliola argute
serrata utrinque laete viridia, supra pilosa demum glabrescentia subtus sericeo-micantia, terminale late
ellipticum basi truncatum, abrupte acuminatum. Ramuli florentis, aculei crebri subulati; inflorescentiae
paniculatae mediocris ramuli pedicellique tomentoso-hirsuti, glandulosi aciculatique, bracteae lineares;
sepala canescentia in flore reflexa, post anthesin patentia velerecta; petala oblonga, caduca, cum filamentis
purpurea vel rosea, stamina stylos basin versus vel omnino purpurascentes superantia. Aculei purpuras-
centes.
Loten bijna vlak, dicht behaard en matig beklierd, voorzien van rechte of eenigszins teruggebogen stekels ;
bladen drie- of vijftallig, bladsteel bewapend met teruggebogen stekelborstels; blaadjes scherp gezaagd,
aan beide zijden groen, van boven behaard, weldra kaalwordend, van onder zijdeachtig glanzend; eind-
blaadje breed elliptisch met afgeknotten voet, plotseling toegespitst. Stekels van de bloeiassen talrijk,
elsvormig; pluimvormige bloeiwijze van middelbare grootte, met takken en bloemstelen, die viltig-behaard,
beklierd en van stekeltjes voorzien zijn, steunblaadjes lijnvormig; kelkbladen witachtig, gedurende den
bloei teruggeslagen, daarna uitstaand of opgericht; bloembladen langwerpig, afvallend, evenals de meeldraden
purper of rood; meeldraden langer dan de stylen, die alleen aan den voet of geheel purper zijn.
Stekels purperkleurig.
Verklaring van de afbeeldingen: a. Bloem. b. Bloemblad, c. Kelk met meeldraden, d. Stamper.
e. Steunblaadje.
Groeiplaats: In bosschen en tusschen struikgewas verspreid; in Westelijk Zwitserland en in het geheele
Rijn-gebied.
Nederland: De afgebeelde plant werd den 4 Juli 1917 gevonden in het Biebosch te Oud-Valkenburg
door de Heeren W. W. Schipper en A. de Wever.