10—14 (x lang, eenigszins paars gekleurd, zoodat de soort misschien in het ondergeslacht Claudopus thuis
behoort. Men zie Hazsl., Comm. in Icon. Kalchbr.
Pleurotus sapidus Kalchbr., Icon., t. 8, f. 1; Fr., Hym. Eur., p. 171; Sacc., Syll. V, p. 348.
V e r k l a r i n g d e r A f b e e l d i n g , a. Vergroot gedeelte van de in elkander loopende lamellen.
G r o e i p l a a t s : In uitgestrekte bosschen van Slavonië aan doode iepenstammen; ook op enkele plaatsen
in Noord-Amerika.
N e d e r l a n d : In Juni 1 9 1 9 ontdekt op een iep op de buitenplaats Westhoven te Domburg door wijlen
Mejonkvr. J a o . v . H e e m s k e r k v a n B e e s t . In verschen staat heeft de zwam een reuk van ranzig spek,
volgens anderen naar mout, waaraan zij haar naam sapidus ontleent ; volgens de boeken moet zij een
meelgeur afgeven.