Ct.AVARlA KUNZEI 2 0 7 9
CLAVARIA KUNZEI FR.
Kunzes koraalzwam.
Stelsel van Linnaeus: Cl. XXIV. Sect. V. Cryptogamia. Fungi.
Natuurlijk Stelsel: Cellulares Mycetes. Ord. Hymenomycet.es. Sect. Olavariaceae.
Geslaohtelijke kenmerken: Zie Dl. X, N°. 785.
Soortelijke Kenmerken: Subfragilis, a basi tenui caespitosa ramosissima, Candida; ramis elongatis,
stipatis, repetito furcatis, fastigiatis, levibus, aequalibus, axillis compressis.
Pulchella, serotina, 2—6. cm. alta, 2 | cm. lata, sporae globulosae, 9—12 x 8 p, hyalinae.
Tamelijk breekbaar, uit een versmalden voet zodevormend, sterk vertakt, licht gekleurd; takken lang,
gesteeld, herhaaldelijk vorksgewijs vertakt, spits toéloopend, glad, gelijk, met samengedrukte oksels.
Fraaie zwam, laat, 2—6 cm. hoog, 21/a cm. breed, sporen bolvormig. 9—12 x 8 (x, doorschijnend.
Clavaria Kunzei Fr., Syst. Myc. I, p. 474, Hym. Eur., p. 669; Berk., Outl., p. 280 ; Sacc., Syll. VI,
p. 697 ; Oud., Bév. I, p. 436 ; Cl. chionea P., Myc. Eur. I, p. 167 ; Btdl., t. 368, f. 1.
Groeiplaats: In loofbosschen in Europa en Australië.
Nederland : De afgebeelde zwam werd den 29 October 1918 gevonden door Mr. A. Th. ten Houten
te Winterswijk.