
MEDICAGO MUREX WILLD.
Slakken mpsklaver.
Hoogduitsch: Schneckenklee.
Engelsch: Snail Medic.
Bloeit: Juli—Augustus. O*
PI. 2061.
Stelsel van Linnaeus: Cl. XVII. Ord. IV. Diadelphia. Decandria.
Natuurlijk Stelsel: Vasculares Dicotyledoneae. Ord. Papilionaceae.
Geslachtskenmerken: Zie Dl. III, N°. 228.
Soortelijke kenmerken: villosula, stipulis basi laciniatis, foliolis obovato-cuneifomiibus, peduuculis
1—2-floris, folio brevioribus, floribus maiusculis flavis, legumine glabro cylindrico utrinque plano spiris 6
crassis adpressis facie laeviusculis margine obtuse vel acute carinato utrinque sulcato et spinoso spinis coni-
eis, erecto-divergentibus vel legumini adpressis.
Eenigszins behaard, steunblaadjes aan den voet gespleten; blaadjes omgekeerd ei-wigvormig, bloemstelen
1—2-bloemig, korter dan het blad; bloemen geel, tamelijk groot, de vrij groote peul verspreid behaard of
dikwijls kaal, cilindervormig, met 5 dikke aangedrukte windingen, die op de vlakke zijden glad zijn, aan'den
rand stomp of scherp gekield met ter weerszijde een groeve en bewapend met kegelvormige, schuin uitstaande
of tegen de peul aangedrukte stekels.
Verklaring van de Afbeeldingen: a. Plant op % der grootte, a. Bloem, vergroot, b. Vrucht vergroot.
c. en c'. zaden, de eerste op natuurlijke grootte, d. Gedeelte van een blaadje, e. Steunblaadje, vergroot.
Groeiplaats: Op bouwlanden en zandgronden langs de kust, in het Middellandsche Zeegebied van Europa
en Noord-Afrika.
Nederland : Een paar malen in ons land aangevoerd waargenomen; de afgebeelde plant werd door den
Heer J. Th. Henrard op 11 Augustus 1914 nabij Gorinchem gevonden en ons welwillend ter afbeelding
toegezonden.