Van drie Rupsjens welke den winter bij mij overgebragl
hadden, had ik het ongeluk twee volwasfen zijnde, te
Fig- 3* verliezen , terwijl de derde zich infpon, als 'bij Fig. 3,.
De Heer d’A iL i r hiermede gelukkiger geweest zijnde,
Fig. 4. gaf mij eenige Poppen , waarvan eene bij Fig. 4. uit het
fpinfel genomen is afgebeeld.
J. 4-
Het duurde maar weinige dagen, of de niet onaardige
groene Vlindertjens kwamen te voorfchijn , afgebeeld op de
Fig. 5- plaat bij Fig. 5 en 6. De eerste is naar een Mannetje
en de tweede naar een W ijfje vervaardigd. H et onder-
fcheid der kunne is Ipoedig te ontdekken, zijnde de fprie-
ten van het Mannetje dikker dan die van het Wijfje. DaO
deze Vlinders zich maar eenmaal in het jaaï verwonen,
lijdt geene tegenfpraak.
jSL^CHTAiïJNDERS z ;z/z-i'JEveedLe Ge zhó^vEER S T E B EN D E .