uitstckenil sterk, lang en regt touw op, zijiide zulk een dikwijls
een ^ voet dik en tot 150 voeten lang.
68. Aroy k lk o ep o k o ep o {Bauhinia corymbosa RXB.). Dc
w o rte le n , jo n g e b lad en en u ite in d e n der ra n k en worden
gewreven en bij buikziekte {sakkiet proet pannas), of ook bij pas
verloste vrouwen de buik daarmede ingesmeerd, waardoor in bet
laatste geval de buik zicli spoediger zamentrekt; de sappen zullen,
gedronken, dezelfde working doen. De ra n k en leveren een sterk
daarbij ecbter zeer buigzaam touw, betwelk gcwoonlijk tot bet leiden
vail buffels {tambany moendieng Sdnd.) gebezigd wordt.
69. — k lk o n n e n g {Cocculus sp. div.), Dc sappen dienen tot
wasscben der beenen, indien men cene zwaarte in dezelve gevoelt
{lemas kaki), tot welk einde men ze ook drinken kan; men drinkt
ze ook bij moeijelijkbeid in de waterlozing {soessa Mntjing). De
v ru c b te n zijn eetbaar, docb niet lekker.
96. — k lk o n n en g . Zie Aroy oeat bangkoeng.
70. — k tk o n tja n g of A. k itjo n g tjo ro n g ( ......................... ?).
De sap p en worden gedronken en in de lenden gewreven hij lendenpijn
{sakkiet pinggang). De ran k en worden van bare buitenschil
door schaven bevrijd, dan met de ook gereinigde ranken van
(30) Aroy kidaloeang vermengd en gestampt, verder in water geweckt
en met indigo tot zwartverwcn gebruikt. De oude ra n k e n worden
gespleten en dan als invatting {soekkoe) van onderscheidene inlandsche
vlechtwerken {soekkoe soemboel mz.) gebezigd, waarbij
zij zieh door sterkte en duurzaamheid kenmerken.
7 1 . — k lk o t to k of A. ta ll a ijo en an {Abrus melanospermus
Hsski). (ÄToWoitSüND. is aijam, haijam mal, eene kip.) De ra n k en
worden zonder toebereiding als touw bij waterwerken aangewend; aan
de lucht blootgesteld breekt het spoedig, terwijl het vocbtig gchouden
zeer lang goed blijft.
72. — k lk o tto k Icn tiek ( ................?) {leutiek SüND., kitjiel
Mol. klein). De r ank e n worden tot het binden van heiningen gebruikt.
73. — k l l a d j a {Anonacea). De sappen worden bij hoest en
hoofdpijn gedronken; de ra n k e n kunnen aJs sterk touw zonder toebereiding
gebruikt worden. De h a lf volwassene b lad en worden
met water gekookt en nadat dit eenige dagen beeft gestaan en koud
is geworden, kan men het tot wasschen van wonden en van eene soort
van groote schürft {koreng gedeh) gebruiken.
74. Aroy lM & n \p a li& n {T y lo p h o raB lum e iD cB V .). De b lad en ,
welke vrij dik en lederachtig zijn, worden in fijne rcepjes gesneden,
afgekookt en met rijst gegeten.
75. k ln g k ila b a n of A. slwoeroengan {Mussaenda sp. div.).
Dc sappen worden gedronken, ook de oogen daarmede ge wasschen,
indien er zieh een rood vlies over dezelve heeft getrokken.
76. k lr a p p a t {C om b r e tum la tifo lium B l,) . De j on gen u i t ein
d en der ra n k en zijn eetbaar, zuurachtig, daarbij wat wrang;
de ra n k e n worden zonder toebereiding als touwwerk tot het zamen-
biriden der bamboezen bij bet bouwen van huizen gebruikt.
77. k lr a p p a t {Loganiaceal). De sappen en ook de fijn
gewrevene b lad en stelpen, op versehe wonden gelegd, het bloed
en trekken de wonden zamen. De jo n g e sp itsen der ra n k en
en dc b la d e n worden gestampt en het water hiervan door kraamvrouwen
gedronken, waardoor zij spoedig genezen en tot vorige ge-
zondheid terugkeeren {djatie brawan seperti),
78. k isio e ch {C issu s B lttm e a n a S lD ., re p a n d a Y r l ., a d n a ta
RXB.). De sappen hiervan worden tegen den hoest gedronken.
79 . k i t ja a n g o f K itja a n g a ro y ,K lh an j 1er oi Ila h a n s je ra n
{E r y s tr o s tigm a d iv e r s ifo lia lls sK L .). De blad en worden raauw tegelijk
met zout en sampal bij de rijst gegeten.
52. — k itje in b a n g of A. k a tjam b a n g {Samarae sp.). De
van de buitenste schil bevrijde w o rte le n bij de zoete sappen van
Aren gevoegd, maken dat dc suiker beter daarvan kan worden uit-
gekookt, eil dezelve schooner wordt. De sappen des stams worden tegen
boest en buikziekte gedronken. De jo n g e b lad en worden tegelijk
met de bladen van katjang gekookt {riboes) en geven aldus
eene aangenamc, zure groente {sajoer goedeh assam)', ook worden
hiertoe de kleine rijpe v ru c h te n aangewend, welke eenigzins zoet zijn.
80. — k itje p o t oflllangcnder {Salacia sp. div.). De v ru ch te
n worden raauw gegeten.
8 1 . k itjie n te h {C ru d ya o r ie n ta lis HssKl.).
worden bij bloeddiarrboe {kloear getieh) gedronken.
28. — k itjo eb o e lo e . Zie Aroy boengboeroetoe.
70. — k ltjo iig tjo r a n g . Zie Aroy kikontjang.
De s a p p e n
82. k o a lt beussle {Haucleaesp.Jw.scandentes). De jo n g e
r a n k e n worden gestampt en gelijk N<>. 30, 60 en 61 als vcrw-
slof gebruikt; de oude ra n k en worden gespleten en dienen als