
SOLANUM SISYMBRIIFOLIUM LAM. 1951-
SOLANUM SISYMBRIIFOLIUM LAM.
Nachtschade met bladen van Steenraket.
Hoogduitsch: Raukensenf blättriger Nachtschatten.
Engelsch: Nightshade with leaves of the Hedge Mustard.
Bloeit: September 0 .
PI. 1951.
Stelsel van Linnaeus: Cl. V. Ord. I. Pentandria. Monogynia.
Natuurlijk stelsel: Yasculares Dicotyledoneae. Ord. Solanaceae.
Geslachtskenmerken: Zie Dl. II, N°. 112.
Soortelijke kenmerken : Viride, robustum, villosum-pubescens, pilis simplicibus plus minus glan-
dulosis et viscidis, in foliis intermixtis nonnullis pilis stellatis pauciradiatis, armatum usque ad
calicem aculeis longiter subulatis, strictis; foliis profunde pennatifidis, lobis oblongis sinuatis vel
iterum subpennatifidis; floribus numerosis congestis in racemos terminales vel mox laterales, pedun-
culatos; corolla violascente v. alba, pollicari v. longiore, quinquelobata; lobis calicis quinquepartiti
lanceolatis, dein ovato-lanceolatis, denique baccam rubram globosam totius vel incomplete laxe
amplectentibus; seminibus minutiuscule reticulatis.
Groen, stevig, viltig behaard door enkelvoudige meer of minder klierige en kleverige haren, op
de bladeren vermengd met enkele weinig vertakte sterharen, sterk bewapend tot zelfs de kelk met
lang-elsvormige rechte stekels; bladeren diep vinspletig, de langwerpige lobben bochtig of zelfs
nog eens een weinig vinspletig; bloemen talrijk in eindelingsche of spoedig zijdelingsch wordende
gesteelde trossen; bloemkroon licht violet of wit, 2 of meer centimeter in doorsnede, 5-lobbig;
lobben van de 5-deelige kelk lancetvormig, weldra ei-lancetvormig en ten slotte de bolvormige,
roode bes geheel of gedeeltelijk los insluitend; zaden zeer fijn geaderd.
Verklaring van de afbeelding: a. Bloem, natuurlijke grootte, b. Stekels aan de onderzijde op
de bladribben. nat. gr.
Groeiplaats : Afkomstig uit Brazilië en Buenos Ayres, doch in Alabama, Florida en Texas
adventief of uit de cultuur ontsnapt, en waarschijnlijk met zaden ook in Europa hier en daar ingevoerd.
Nederland : De afgebeelde plant danken wij aan de welwillendheid van den Heer A. W. Kloos J r.,
die haar in het laatst van September 1914 vond bij eene meelfabriek te Wormerveer.