
MY C EM EPIPTERYGIA SCOP.
Overdekte Helmzwam.
PI. 1988.
Stelsel van
Natuurlijk
Agaricineae.
Linnaeus : Cl. XXIV. Sect. V. Cryptogamia. Fungi.
stelsel : . Cellulares Mycetes. Ord. Basidiomycetae. Fam. Hymenomycetae. Sect.
Geslachtskenmerken: Zie Dl. XX, N°. 1574. .
Soortelijke kenmerken: pileo membranaceo, campanulato-eKpanso, subobtuso, striato, pellicula
viscosa secernibili tecto; stipite elongate, tenaci, radicato, glabro, viscose, sublutescente; lamell
adnatis dente decurrentibus, tenuibus, versicolonbus.
Hoed vliezig eerst blokvormig, later uitgespreid, tamelijk stomp, gestreept, met een afscheidba
k l e v e Ï S bedekt; steel lang, taai, wortelend, glad, kleverig, geelachtig; plaatjes aangegroeid,
met een tandje afloopend, smal g g g g l g e k : l e u r * ^ ^ H I M
Groeiplaats : Tusschen het mos, bladen en aan stronken, overal in Europa, Sibend en de Ver-
eenigde Staten van Amerika. .
Neuerland- Ook in ons land zeer algemeen op beschaduwde plaatsen in bosschen op paardenmest
De afgebeelde zwammen werden door mij verzameld in November 1914 in dennenbosschen