HET HOLSTEIKSCHE P
De ontwikkeling van het paard schijnt overal g
te zijn aan vrije, effen vlakten. EvenaU de steppen van midden
Azie het stamiand der paarden zijn, de vlakke Ar^ische
woestijn het meest edele paardenras voorüirengt, en de pampas
en líanos van Zuid-Amerika de nieuwe .heimat" van ontelbare
verailderde paardenkudden geworden zijn, zoo vindt men in
Europa de beste en rijkste teelt van paarden in de vlakten.
In Duitschland zijn naast de Oost-Pruisische vlakte, geen
beter en vruchtbaarder paardenweiden te vinden dan in de marschvkkten
längs de Elbe en de Noordzee.
Wel is waar is de winter oorzaak, dat het paard in een
beschutting aanbrengenden stal ondei^bracht moet worden, maar
daarin leeft het dan ook als 't wäre met zijn meester onder éen
dak, en staat onder zijn dagelijksche en liefdevolle verpleging.
Heeft het echter in lente, zomer en herfst zijn dagtaak volbracht
dan verfrischt het zieh des avonds op de weelderige weiden, en
heeft het zieh voldoende gevoed aan het sappige gras, dan ziet
men het over het uitgestrekte weiland heen en weer rennen, een
sport die het geheele lichaam ten goede komt
Holstein heeft wat zijn paardenfokkerij betreft, 2eer veel
te danken aan den heer G. Ahsbahs te Sommerlandemep bij
Krempe, die inderdaad als voorzitter der vereeniging zeer veel
heeft gedaan in het belang der teelt Niet tevreden met het fokken
alleen naar extérieur, richtte de groote vereeniging in hoofdzaak
op initiatief van haren voorzitter nog kort geleden te Elmshorn
een rijschool op, tcn einde de fokdieren aan krachtproeven te
onderwerpen.
Deze schooi dient in de eerste plaats om jongelieden op
te leiden in de kunst van het te paard-en van den bokrijden, alsmede
in de verpleging en behandeling der paarden. De leden
der vereeniging en hun zonen ontvangen het onderwijs gratis.
Verder worden in de inrichting de ingezonden fokpaarden
voorbereid op krachtproeven, en hiertoe getraind als zijnde dit
de voomaamste voorwaarde voor de zeker stijgende ontwikkeling
eener moderne teelt, en daarmede ook van hare rentabiliteit.
Het institiiut beiast zieh ook met het dresseeren en verkoopen
van gebruikspaarden der leden van de vereeniging, tegen
vaste pensionprijzen.
In het jaar iSSo werd opgericht de vereeniging tot het
houden van inlandsche hengsten, ten doel hebbende, de ondersteuning
van de pogingen der paarden fokkersvereenig^ngen, om
jonge hengsten uit de beste, meest constante teelten der Holsteinsche
marschen aan te koopen, op te voeden en bij voldoende
geschiktheid ab dekhengst te stationeeren. Deze vereeniging gaat
uit van de overtuiging, dat de Holsteinsche teelt in Staat is dekhengsten
te leveren beter dan elders te krijgen zijn, en dat slechts
door zorgvuldige teeltkeuze eene verbetering van .het reeds op
hoogen trap staande Holsteinsche marschpaard te bereiken is.
Het fokdoei is hetzelfde als van de groote paardenfokkersvereeniging,
wier leden, alleen medeleden dezer hengstenvereeniging
kunnen zijn.
Het Holsteinsche paard uit de Holsteinsche marschen ¡s
inderdaad een edel, zuiver gefokt dier van hoog bloedgehalte.
De lange sierlijke hals, in de bovenlijn een weinig gebeten, in
de onderlijn recht, aan het hoofd smal en hoog uit de schoft
komende, draagt een zeer fraai recht hoofd De hooge, niet scherpe
schoft vioeiend oveigaande in den rüg, waarboi^ zoo noodig
een goede zadelii^ing en verzckert bovendien een machtige
hefboomsarm tot aanhechting van spieren, terwijl de körte maar
breede rüg, en de körte zeer breede lenden kracht aanduiden,
Het elegante, slechts een weinig schuine, maar lange en breede
kruis met hooge staartinplanting waarborgt groote krachtsontwikkeling
naast snelheid, terwijl de lange, schuin liggende en met
krachtigc spieren bedekte schouder, mede zekerheid geeft voor de
zoo begeerde hoogen, ruimen gang.
De diepte der borstkas verraadt het Engelsch bloed nog
van jaren her in de äderen dezer paarden, terwijl de fraai afgeronden
buik, met goed gesloten flanken, het schoone geheel van
den romp voltooien.
Indien men liieraaji toevoegt, dat deze romp gedragen
wordt door vier zeer goed gebouwde, correct gestelde ledematen
zonder hinderlljke gebreken, en voorzien van soliede hoeven, dan
kan men zieh eenig denkbeeld vormen van het Holsteinsche paard-
Dit edele dier, ongeSvenaard krachtig in zijn overerving
is het levend bewijs, hoe ver fokkers-intelligentie en overleg het
brengen kunnen, Indien vas^ehouden wordt aan een eenmaal
gekozen richting.
Q