f
li-
Iv
HET TURKSCHE PAARD.
verschillende Fransche, Rumeensche en Oostenrijksche paardenaankoopscommissiën
gekochte en uitgevoerde paarden voor zieh
te bestemmen en aan te koopen, en zou. wellicht reeds aUeen
hierdoor, de noodzakelijkheid opg^ehouden liebben, haar geld naar
Rusland te brengen.
Werd nu eerst van regeeringszijde maar cens wat gedaan
voor een rationeele paardenfokkerij, dan zou de mogelijkheid van
gebrck aan paarden wel niet meer voorkomen,
Integendeel ei' zou onder zulke conditien een winstgevcnde
paardcnexport ontstaan,
Het Arabische paard leent zieh voortreffelijk voor cavaieriepaard.
Het is wcl is waar wat klein, daarbij echter toch
bijzonder sterk, vcel wceretand bezittcnd, bewonderenswaardig v!ug,
snel en goedaardig.
E)e Arabische provincien van het Turksche Rijk, die zeer
veel paarden telen, verbniiken er ook veel, daar zij niet zoo veci
\vaarde hebbcn als de paarden in Europa, of aïs die uit de noordelijke
provinciën van Turkije. Men neemt de paarden als 't
wäre reeds als veulens in gebruik, gcbniikt ze zonder ze te sparen,
wat ten gevolge heeft, dat de meeste paarden reeds met het
zesde jaar, meerderen wellicht reeds op vieijarigen leeftijd geheel
versleten zijn,
Afgezien van de fokpaarden. en van de paarden die tn
handen zijn van, der zake kundige, Europeanen, zal men slechts
zelden een paard aantreffen, dat op 8—lojarigen leeftijd nog in
conditie verkeert.
Dat gémis aan een rationeel gebruik raaken \-an het paard,
vindt eensdeels zijn oonaak in den grooten rijkdom aan paarden.
waardoor de waarde er van gedrukt wordt, anderdeels in
het absoluut gémis aan lust bij den Arabier in zaakkundig rijden.
Met ongelooflijk korte beugels zit de Arabier toch vast
te paard, en ziet er inderdaad schUderachtig uit, maar van wat
men zaakkundig rijden noemt, ontbreekt bij hem ieder begrip.
Als bewijs voor deze bewering möge dienen, dat men
onder een Arabier nooit een zuiver dravend paard zal zien. Dezc
gang is hem te ongemakkelijk, en ook is het den Arabier onmogelijk.
bij zijn eigenaardigen zit, de paarden een goeden draf te
leeren, of over 't algemeen iets uit zijn paard te halen.
Is het reeds af te keuren een paard van 15 of 18 maanden
oud dageUjks le berijden, dus midden in zijn ontwikkeling, die
bij een goed verpleegd Arabisch paard in hoofdzaak met het
derde jaar x-oltooid is, er zijn nog een drietal andere factoren
die ook meespreken om het paard snel te doen vereUjten.
De Arabier hoiidt er van, zijn paard, als het in stap gaat
te laten springen en dansen. Voor den zaakkundigen miter behoeft
het geen verder betoog, dat zulke kunsten met een nog zwak
en ongedresseerd paard, hoogst nadeelig voor dat dier zijn. Wil
de Arabier een snelleren gang dan rijdt hij noch körten, noch
Sterken draf, noch jachtgalop, noch Sterken galop maar altijd carrière.
Hij begint dezen gang van de plaats af, en breekt dien
af met een ongelooflijk korte en ruwe parade, waardoor het
paard bijna op den grond komt te zitten, Herhaalt hij nu zulke
paraden 25 maal op een middag, wat nog weinig berekend is,
vooral op de dagen der .Phantasia". d. i. de speien tc paard, dan
zal toch wel niemand zieh verwonderen, dat een, reeds met i'-j
jaar onder het zadel körnend paard, op vieijarigen leeftijd
versleten is.
E i ^ t men zieh rceds over die njwe, korte paraden, nog
5 het werktuig waarmede z afechuv ulke paraden uitgevoerd
worden.
Het Arabisch gebit {de stang) is een waar marteltuig,
mondstuk en kinketting vormen als het wäre een straften ijzeren
ring, waarvan de eene helft in den mond ligt, de andere helft
strak de kin omsluit, zoodat men zieh gemakkelijk kan voorstellen,
welke pijnen een paard moet hcbben bij zulke ruwc paraden.
Zulk een gebit ruineert niet alleen in körten tijd den mond,
maar ook alle gewrichten en pezen. Bij de minstc aanhouding
van zulk gebit, werpt het paard, van pijn, den kop in dchoogte,
en maakt den nek stijf Men zal om deze redenen ook nooit een
paard onder een Arabier zien loopen met fraal afgebogen hoofd.
Uit het hier aangehaalde kan men voldoende nagaan, wat
er van de Arabische rijkunst te wachten is. Het zou daarenboven
vergeefeche moeite zijn een Arabier aan 't verstand te brengen,
dat rijden een groote en mocielijke kunst is, bij hem is het
hoogstens een handigheid, die de een meer, de andere minder, om
ZOO te zeggen, mede ter wereld brengt.
Sedert eenige jaren hebbcn de Europeesche wedrennen
ook navolging gevonden in het oosten, en er zieh een blijvende
plaats verovcrd. Zij zijn echter in het oosten eenig en alleen een
middel om de speelzucht te bevorderen, waarin trouwens de
Arabier al zijn medemenschen ver ovcrtreft Het geldt bij de
rijke Syrische »haute volée" voor •chic" een half dozijn of nog
meer renpaarden er op na te houdcn. Daar men echter te gemakzuchtig,
en te weinig der zake kundig is om zichzeif ¡net deze
sport in te kiten, 200 houdt men er een Grieksche jockey op
na, ja soms zelfs een Engeische jockey vierde klasse.
Men denke nu niet, dat bij de rennen ook slechts een
enkel zelfgefokt paard ingeschreven wordt Zulk cen fokkerij zou
moeite, goeden wil en intelligentie eischen, alle zaken die den
rijken Arabier bijna geheel vreemd zijn. De Arabische manier
om renpaarden te 'fokkoi' is de volgende;
De jockey krijgt de opdracht, tien, twaalf of zelfs
meer paarden, die hem voor het rennen geschikt toeschijnen, te
koopen. Voor dat doel gaat hij naar 't binnenland, waar hij voor
den gemiddelden prijs van 15—20 Napoleons (140—200 gülden)
per stuk, het gewenschte aantal paarden koopt.
Na zijn tehuiskomst probeert men, na eenige dagen rust,
de gekochte paarden. Van een dozijn vallen er, na de eerste
emstige proef, meestal vier of vijf af, als blijkende niet geschikt
om te rennen, terwijl na eenige weken training er nog wel vier
ongeschikt blijken.
Van de overblijvende drie, die ten slotte in rennen medeloopen.
blijken er misschien nog twee, of soms aUe drie, onbruikbaar
of te weinig vooruitzichten gevend te zijn. Dit keer mislukten dus de
aankoopen, nu moet de jockey na drie maanden opnieuw op
reis en wellicht gelukt het hem nu betere te koopen. Ei- wordt
nu zoolang gekocht, gcprobeerd en nog weer gekocht, tot eindelijk
een of twee der op goed geluk gekochte paarden geschikt blijken.
Dezc worden dan een of twee jaar gebruikt en dan, daar zij
onder het door hun Over Winningen verkregen overwicht niet
meer Winnen kunnen, van de hand gedaan, waarop het koopspel
opnieuw begint
Indien de Arabische, en vooral de Syrischc millionnairs en
groote-grondbezitters, er toe konden besluiten, de paarden fokkerij
van het land door hun goed voorbeeld tc stcunen, dan zouden
de Europeesche commissies tot aankoop van Arabische paarden,
niet meer liet eeuwige klaaglied behoeven aan tc heffen, dat
het ZOO verbazend moeilijk is, tegenwoordig in Syriii en in
Arabie nog hoogedele en werkelijk goed gefokte paarden te
vinden.