53 N A T U U R K U N D I G E , e n z .
mede deze rolronden aan den anderen gehecht waren , behoeft
men op de Plaat niet te zoeken , alzo het zo door-
fchynend was , dat men het op zekere plaatfing der fpiegel
van het Mtcioscoop , en dus naar de afkaatfing van weinige
lichtftraalen op ’t voorwerp maar even zien kon , en men
het niet kon zien op het lich t, zo als hy op de Plaat getekend
ftaat. Ten laatften vond ik noch by h. h. agter tegen
de twee voorfz. rolronde lichamen twee Amen, die aan
haar grondftuk en een weinig vervolgens maar één buis-
agtig lichaam waren , en zich dan ieder in drie Armen ,
als die der Plantdieren , verdeelde, beweegende hy die om
zyn roof te roven naar zyn welgevallen , en buiten deze
had hy ’er geen anderen.
Zie daar wederom een der wonderbaarse Schepfels der
Schepping bekend gemaakt, hy was over zyn geheel licht
blauwachtig, den mond naar den bruinen , de armen ros.
Veel moeite, tyd en oplettenheid word ’er tot het waar-
neemen van deze Dieren vereifcht, zo dat, als men ze
h e e ft, men nauwlyks weet , waar men beginnen moet te
tekenen om het wel te doen, en zulks hebbende, om ze
in die ligging te houden. Even is het ook met het befchry-
ven gelegen , om voor den Lezeren verftaanbaar te zyn ,
dat ik in dezen hoop. Deze Bero'è is van voren gete-
kent , had aan de agterzyde geen armen o f iets aanmerke-
lyks. Ik vistte hem mede den 12. July i/68. leefde weinig
dagen , en heb nooit meer dan dezen gehad.
* * *
* *
M