Verre dat ik den Heer Reaumurs afbeeldingen en be-
fchryving van dezen Tipula zoude onteeren , wys ik liever
myne Lezeren na zyn eigen Werk , zynde zyn Memoires
pour fervir a 1' Hiftoire des Infe&es , Tom. V. pag. 39—41.
in 4. te Parys gedrukt, en na Plaat VI. daar hy dezelve
van Fig. 4 tot 18. ingefloten , afbeeld ; daar over kan
dan elk oordeelen. Ik heb reeds het hoofdzakelyke
vertaald , ’t welk ik in myn Vierde Stukje zal plaatfen,
voor zulke Liefhebberen , die of de Taal, o f het Werk ,
niet magtig zyn. Dus ga ik over, om myn W orm te
befchryven.
De Ei erlegging gefchied, gelyk die der meefte Ttpulaas en
Muggen , op de oppervlakte van het Water , maar niet al-
tyd in een Cirkel gedaante , zo als de Heer Reaumur dezelve
Fig. 16. in zyn natuurlyke grootte afbeeld; in tegendeel
ganfch onregelmatig. Fig. 17. vertoond die Heer een
E i vergroot, hebbende een Hoender-ei gedaante; ’t welk
zeer goed is, waarom ik het als overtollig zou geacht hebben
die aftebeelden. De Eieren leggen op de oppervlakte van
het Water even als een droppel kaarsfmeer, doch alles is
doorzichtig. De daar uit komende Wormen kan men on-
mogelyk, voor dat ze wel de grootte van een vierde duims
hebben, door hunne verbazende doorzichtigheid, die, in
die kleinte zynde , aan het Water gelyk is , zien. PI. III.
Fig. 1. Daar ziet men zulk een Worm in zyn volwajfs
grootte, welke tot een half of v y f agtfte duim is. Tot deze
grootte gekomen zynde , hebben zy een couleur aangenomen
over het geheel geelachtig , doch de eene zeer licht,
andere redelyk fchoon, een derde wat na den bruinen. Om
over dit Wonderfchepfel te kunnen oordeelen , ziet men
hem Fig. 2. vergroot afgebeeld; ’t welk de Heer Reaumur
mede heeft gedaan by Fig. 7. doch ik verzoek myne Lezeren
zyn afbeelding eens te willen nazien. Het Lichaam belïaat
uit elf Jfdeelingen, zonder de kop, welke het wonderbaarfte
fte van dit Schepfel uitmaakt, en by Fig. 3- vergroot is afgebeeld.
Letter a. is het vafte lichaam van den Kop, ’twelk
zich over den Hals b. heen fchuift; hebbende dus het vermogen
om den hals te verlengen o f verkorten naar welgevallen.
In deze kop zyn twee voor zulk een Dier grootte Oo-
gen geplaatft, waar van men’er by c. één ziet, en die, voor
zo veel ik heb konnen ontdekken , niet met facetten zyn.
Letter d. vertoond zich als een Varkens l Snuit, die uit het
midden van den kop voortkomt; aan welkers einde hy als
geleedt, en by. e. e. wederom met twee flompe punten is voorzien
, die aan hunne uiteinden , by ƒ , in eenige borflel-
achtige hdieren uitloopen : deze Punten e, e. f. is hy vermogend
, en zwemt meed altyd zo , om by den anderen
te houden , waar door men hem , onder het Microscoop
ziende, dikwils als maar één hoorn hebbende zoude aanzien
, doch het wèl zien is een der grootfte vereifchtens in
het doen van Waarneemingen. Deze twee Punten, zag ik
dat hem dienden om zyn roof te helpen vaft houden.
Onder aan den hoorn d, een weinig na beneden by g , vind
men wederom een Jlompachtig lichaam, ’t welk aan zyn punt
met fynder foort van baïren voorzien is : dit deel is mede
beweegbaar, en dient hem, als de Voelers van verfcheide
Kapellen , voor een Borftel, om zyn gevangen prooy mede
fchoon te maken. Eindelyk koom ik aan twee delen
by h, die zich als twee handen met vyf tanden vertoonen en
binnenwaarts ingebogen ftaan; zy nemen haaren oorfprong
aan wederzyden van den kop , uit een zeer zwaare koker ,
by i. afgebeeld , in welke zy haar zogenaamde handen geheel
konnen verbergen, doch die nodig hebbende , met eene
verbazende fnelheid uitfteken , zelfs veel langer , dan ze
hier afgebeeld flaan. De kracht die de Worm in het ftelfel
van zulk een kop moet hebben , zal hier na volgen , wanneer
ik zyn roofzucht zal aantoonen.
C s Fig.