
■Ss1, Hier Torst de Min door Trou en Vlyt
He Zeyse van den Grysen tyt,
En leyd hem met een blyden geest
De suyl voorby van 't Zilvre feest;
Terwyl dit wel vereenigt Paar,
Hun Herten op het Dank-altaar
Op offeren tot Dankbaarheyt:
En smeeken d' Opper Maiesteyt
Hat zy die H Zilvre feest beleven
Het Goude feest ooik mogen geven.
877. Begravenispenning van ’s Gravenhage van de Buurt van
Nievstraat Vlamingstraat. In Revue de la Num. Beige (1859) p. 312
no. 48. Mededeelingen I blz. 204 no. X pl. d no. X.
878. Inventaris ’s Bosch 19 Junij 1745—26 Aug. ƒ 108-19-8.
879. Idem blz. 1726, 1 Sept—31 Decb. 1745 ƒ 400-12. Hieronder
ƒ 78.— voor vereerde gouden.
880. Loodje van Dordrecht. Groot 19. Vs. Wapen 1 dier stad
tusschen twee bloempjes en S S, daarboven 1745. Omschrift: De
heer Samuel Onderwater. Kz. Wapen * 2 3) van Onderwater T) en hetzelfde
omschrift.
') Met acht kwartieren doch de vier bovenste gelijk de vier benedenste
omgekeerd: (1 en 6) twee zwanen (2 en 5) drie krabben ?
(3 en 8) een zwaan.
2) Wapen van Onderwater in 1839 van Ma thia s O n d erw a t e r , gevierendeeld
met 1 en 4 zwart veld, doorsneden door een balk van
zilver waarboven twee en beneden een, links gewende, zwemmende
zwanen van zilver. 2 en 3 zilver met een schildhoofd van keel
waarin drie getinneerde poorten van goud. Als vlucht een zwarte en
witte vleugel en daar tusschen een witte zwaan zittende op een wrongel
of nest van wit en zwart.
3) Mr. Samuel Onderwater Heer Boudewynszoon was advocaat voor
den gerechte (1737) Welgeboren of Mansman van den Hove en Hooge
Vierschaar van Zuid-Holland (1735) Thesaurier van de reparatien
(1745-1748) Thesaurier van 't groot comptoir (1749) Veertig in 1747
Baad in 1747 Schepen in 1748 Kapitein le Vaandel Groote kerlc.
Overleden 11 November 1761. (Meded. van den Lt. Kolonel J. A. Smits
van Nieuwerkerk te Dordrecht.)
881. 1745. Zeer zeldzaam broodloodje van Hoorn (?) Lood,
groot 15, in diepen vorm gegoten. Vz. Een gekroond schildvor-
mig wapenschildje, gedeeld of doorsneden, boven een bakkersovenmond.
en beneden een bakkers hoorn. Kz In een slangenrond een B en
R vereenigd BR(ood) Omschrift in groote letters: AN(n)ODE(i) 1745.
1746.
>—-882. 1746. (Verv. no. 207 Plaat XXII blz. 197.) Op den aanvang
van dat jaar. Door Holtzhey. (Cat. Holtzhey blz. 40 no. 42.)
In Vervolg ter grootte van 18, Muntmeter van P. Smidt van Gelder.
Aldaar no. 3862 Z. ƒ 0 50.
^883. Dezelfde. (Veel grooter.) In de middelste vlag of den
standaard in plaats van den Leeuw een pijlbundel. Z. 29 w. Bij
Stricker I no. 4384 Z. ƒ4.75, de Jonghe no. 2828, als bij P. Smidt
van Gelder no. 3864 Gr. 29 Z. 27 w. ƒ3.25, de Vries (1884) no.
1753 Z. 29 w. ƒ 2.50.
884. Als boven, no. 3865, Gr. 24 Z. 12J w. ƒ 1.50.
885. Als boven, no. 3866 Z. I5i w. ƒ 1.75.
886. De Vries (1884) no. 1752 Z. 4 w. ƒ 0.30, de kleine als Verv.
no, 207, doch ook op den standaard de pijlbundel. Bij Teding van
Berkhout no. 529, de kleine, Mm. 25 Z. 4 w. en de groote (beide
met den pylbmdel) no. 530 Mm 43 Z. 29 w.
887. 1746. {Verv. no. 260 Plaat XXVI blz. 266-267.) Op den
aan vang van het jaar 1746 blijkens het Chronodistichon (blz. 267)
gesneden door N. van Swinderen. Alleen de Vz. van 260 is afge-
beeld omdat »die met geringe wijziging, veelal gelijk is aan no.
266” (blz. 267). Groot 27 Z. 15i w-, bij P. Smidt v. Gelder no,
3866 ƒ1.75, de Vries (1854) no. 1754 Z. 16 w. ƒ 1.50.
888. Als boven. {Verv. no. 261 plaat XXV blz. 268) Op den
aanvang van het jaar, ook door N. v. S. Is slechts {Muntmeter
v. Gelder) groot 19 Z. 7 w. Bij P. Smidt v. Gelder no. 3867 ƒ 1.-,
de Vries (1884) no. 1755 ƒ 0 60.
889. Als boven. {Verv. no. 286 plaat XXVII blz. 307.) Op de
Hoop op Vrede bij den aanvang van het jaar 1746, blijkens het
jaarvers. Klein penningje. Gr. 14. Bij de Vries (1884) no. 1756
Z. 4 w ƒ0.30. ’)
*) Men moet dus deze penningjes zoeken op Verv. no. 207, 260,
261 en 286, behoudens de varianten en de verschillende grootten.