
''-500- 1783. Op het aannemen der Saltzburgers. (Verv- no. 80
pl. YIII blz. 85.) Gesneden door M. Holtzhey, met Laty'nsche inschriften..
Ook afgebeeld en beschreven in de Europesche Mercu-
rius (1733) I blz. 259. Bij P. Smidt v. Gelder no 3741 Z 45,5/4.75.
501. 1733. Als boven. {Yerv. no 81 pl. YIII blz. 86) met Ne-
derduitsche lyschriften (door M. Holtzhey.) Cat. Holtzhey blz. 7-8 no. 9,
dQ Vries (1884) no. 1612 Z. 29 w. ƒ 3.50, P: Smidt v. Gelder no. 3742
Z. 29.5 w. ƒ 5.—.
^ 502. 1733. Als boven. = no. 501 doch . met Hoogduitsche inschriften
(van denzelfden inhoud, niet gelykluidende; zooals Yerv. I
blz. 87 te lezen staat) gesneden door Ghristiaan Wermuth. Bij de
Vries (1884) no. 1613 Z. 29 w. ƒ3.50, v. Duren no. 2169, Sdlm
no. 2360 Z. 29 w.
1734.
503. 1734. Op de stichting van het Armenhuis te Brussel door
de Landvoogdesse der Nederlanden Maria Elisdbeth. (Vervolg no-
139 Plaat XV blz. 137-138) Gesneden door Roettiers. Zie ook
Pinchart p. 73 no. 1 en Piot, Coins no. 598-600.
504. 1734. Weldadigheid van de Landvoogdes Maria Elisaleth.
Bij Piot no. 601 een matrys er van. Kz. In het veld: Erit qui-
demonstret -in quibus - coeli partibus - errent - sen {sim?) com{etae?)
MDCCXXXIV. Groot 57 millimeters. (Er zal een zijn die aantoont
in welke deelen des hemels ongemerkt(?) de cometen zullen dwalen?)
505. 1734. Op de herstelling der gezondheid van den Prins
van Oranje. {Verv. no. 85 pl. IX blz. 89) door M. Holtzhey. Cat.
Eoltzhey blz. 8-9 no. 11.)
^-506. 1734 8 April. Op het huwelijk van den Prins van Oranje
met Anna Prinses van Engeland. (Verv. no. 86 pl. IX blz. 90)
door M. Holtzhey. Cat. Holtzhey blz. 11 (no. 17.) Vz. Borstbeeld
van W K. H. Friso (rechts gewend. Kz. Borstbeeld van Prinses
Anna (links gewend) Kab. Smits v. NieuwerJceric.
507. Anders in Museum Friesch Gen. Het borstbeeld gehar-
nasden princeps aur. et nass etc. (Kon. P. Kab. Aanw. 1873 blz 10)
Borstbeeld en omschrift: W- C. H. Friso. Kleiner borstbeeld
hij de Roye no. 2706 Z. ƒ0.90.
^ 508. Als boven. (Verv. no. 87 pl. IX blz. 90) door A. Andeles-
Zilversmid en Schepen te Leeuwarden (1687—1754). Cat. Arti
(1880) no. 1465. Vz. De borstbeelden van ter zjde gezien. Op
de Kz. ontbreken in de wolk de hebreeuwsche letters (Jahve).
Bij de Haan no. 426. Teding v. Berkhout no- 463.
.— 509. Als boven (Verv. no. 88 pl. IX blz. 91). De borstbeelden
van ter zijde gezien. Gesneden door P(eter) P(aul) W(erner\
(geb. 1689, stempelsnijder te Neurenberg en aldaar overleden
in 1771.)
^ 510. Als boven. (Verv. no. 89 pl. IX blz. 92). Het borstbeeld
van den prins, rechts gewend. Kz. Dat der prinses, links gewend.
Gesneden door N. van Swinderen. (Zeldzaam.) Bij de Roye
no. 2709 ƒ 6 . - .
511. Als boven. (Verv. no. 90 pl. IX blz. 92-93). De borstbeelden
vis d vis. Kz. De voltrekking van het huwelijk. Gesneden
door M. Holtzhey . (Cat. Holtzhey blz. 9 no. 12.)
—" 512. Als boven. Vz. Kleinere borstbeelden en Prinses Anna
anders gekapt dan op no. 90, bij v. Duren no. 2181 Z. Ook bij
de Roye, aldus no. 2711 Z. ƒ3.25.
513. 1734. Op het bovenvermeld huwelijk en de komst van
het echtpaar in Friesland (Vervolg no. 9i pl. IX blz. 94) door M.
Holtzhey. Kz. De zegewagen. Cat. Holtzhey blz. 10 no. 13.
^-514. 1734 11 Mei. Als boven. Op de blijde ontvangst van het
echtpaar te Leeuwarden. (Vervolg no. 92 pl. IX blz. 94.) Vz. —
Vz. no. 91, ons no. 513. De borstbeelden nevens elkander, rechts
gewend. Kz. Friesland ontvangt de echtelingen. (Door M. Holtzhey.)
Cat. Holtzhey bl. 11 no. 16.
-'-515. 1734 11 Mei. Als boven en op het vuurwerk te Leeuwarden,
alstoen afgestoken. (Verv. no. 93 pl. IX blz. 95.) Vz. als
no. 92 en ons nos. 513 en 514. Kz. Het vuurwerk. (Door M.
Holtzhey.) Cat blz. 10-11 no. 15.
£7 516. 1734 11 Mei. Als boven. Op de Eerepoort te Leeuwarden.
(Verv. no. 94 pl. IX blz. 95) Vz. als no. 92 en ons nos.
514 en 515.) Kz. De Eerepoort. (Door M, Holtzhey) Cat. blz.
10 no. 14. ’)
I—517. 1734. Op hetzelfde huwelijk. (Verv. no. 95 pl. X blz.
96-97) gesneden door Vestner, doch blz. 96 lezen wij: „Het blijkt
l) Intocht van den Prins en Prinses van Oranje op den 11 Mei
1734. (Leeuw. 1734, bij Tjerk Sipkes, quarto, 15 blz. als bron voor een
stuk daarover van Mr. J. Soutendam geplaatst in de Tijdspiegel 1886
blz. 58-63.) 7