
H e t verziend Oog der Oostermaatschappy,
Van Cittees, aan Mama Kien verbonden
Voor ’t e ch ta lta a r, wanneer h e t vredelicht
Van Neêrland rees n it bloedige oorlogskimmen;
De Hemel toonde een gu n stig h aangezicht,
En deed toen ook zyn heilzon hooger klimmen.
De Rozetelg bed u id t den frisschen s ta a t
Van ’t a ch tb a a r Paar, nogh in den bloem der dagen:
Zoo moet h e t, door Gods zegenryke h a n t
Beveiligt voor alle ongeval en plagen,
Naa nogh een reeks van ja ren , blyde en frisch
Ook zitten aan den gouden Bruiloftsdisch.
ARNOLD HOOGVLIET.
633. 1738. Gouden bruiloft van Jan Sluytman en Catharina
Smit. Cat. Heusner (Bruxelles Nov. 1857) no. 1750 (Lood) Navor-
scher (1859) IX blz. 291.
634. 1738 17 Novb. Gouden bruiloft van S- G. van der Hoog
en Maria Walvis. Navorscher (1858) VIII blz 248, doch bij II. G
Schetsberg (Novb. 1857) no. 1438 ook op het 25-jarig huwelijk van P.
van Ophoven en Jóhanna van der Hoog, op één penning, Z, doch aan
de eene zyde verguld. Met kantschrift. Dit kantschrift, in verheven
letters, op een gesoldeerden ring, luidt:
S. G■ v. der Hoog en Maria Walvis get. 17 Nov, 1688-
Piet van Ophoven en Joh. if, d. Hoog get. 17 Nov. 1713
’) De penning zelf is welligt een gewone algemeene penning van
M. Holtzhey a doublé usage. Aan beide zijden de Dankbaarheid als
vrouw, opziende naar een hemellicht waarin de naam Jahve en plengende
op een brandend altaar, waarop twee verbonden handen. In
den opstijgenden walm een gevleugeld slangenrond, aan de eene zijde
met XXV en aan de andere zijde met L. Tusschen het altaar en de
vrouw een kleine ooijevaar.
Voorzijde. Omschrift:
God zy dank met hert en oog
voor ’t voltrokken zilver feest.
Op den sokel: M. Holtzhey fec(it(. r
In de afsnede: ’t Zilvre feest gev. (gest.)
1738 (ingesneden.)
Keerzijde. Omschrift: Hoe zal ik den Heere vergelden alle zijne
weldaden. Ps. GXVI v. XII.
Op den sokel: M. Holtzhey fec(it).
Door M. Holtzhey. Bij Mej. Preekman no. 12, Leidsch Kab. 18
Mei 1871. (Kon. P. Kab ) Z. groot 27, v. d. Niepoort no. 137.
634- 1738 12 Septb. Gouden bruiloft van Francois Havens en
Agathd van Solt. (Kon. P. Kab., Aanw. 1879 Goud, V blz. 135 of
Afdruk blz. 19 ) Gr. 17. Vz. Namen alsboven. Wapens ’) aan
strikken, zaamverbonden handen en brandend hart.
„ .„ 0o 12 Septb.As. 't is nu geleden vyftig jaaren 1/ 00. Dat Godt geheft heeft ons te paaren.
Onderaan een feston.
635- 25-jarige algemeene trouwpenning, door N. van Swinderen
gesneden. Op den kant ingesneden: Jacob Potier, oudt 54 jaren
en Maria le Lieuve, oudt 43 jaren, geviert 8 Novb. 1738. Z. 44 w.
(Bij van der Niepoort no- 138.)
636. 1738 10 Septb. Zilveren bruiloft van Martinus van Schel-
tinga (geb. 18 Febr. 1666) en Wiskien van Scheltinga (géb. 16 Janu-
arg 1681); getrouwd te Kollum 10 Septb. 1713, -Gevierd op 't Heeren-
veen 1738. Door ons beschreven en afgebeeld in de Vrye Fries
VIII (1859) blz. 186-189. (Toen in de Coll, van Jhr. H. B. van
Sminia te Bergum.) Bij Bom (1873) blz. 74, no. 1611. Z. 62 w. *)
(Gelegateerd in Januari 1891 door freule A. M. van Sminia aan
het Friesch Genootschap)
*) In plano, bezit ik op dit feest van den Out-Grietman van
Schoterland een gedicht, aldus luidende:
Hoe zal myn swakke pen de blydschap van myn geest,
Hoog Welgeboren Heer, nu wel naar eisch zig uyten,
Doordien de tyding van uw Zilvre Bruyloftsfeest,
De vreugde niet en kan in myne boesem stuyten.
Want plicht en dankbaarheyt verwakk’ren myne drift,
Dus ik verheugd en bly uw offer dit geschrift.
En wensch van herten U, en uwe Gemalin,
Met ’t vieren van dit Feest geluk en ’s Hoogstens Zeegen:
In de afsnede: ’t goude feest gev(ierd) (gest.)
1738 (ingesneden).
') Wapens. Havens. Goud met drie (2-1) links gewende raven.
Van Solt. Gekwarteleerd (1 en 4) Zilver met een molenijzer (2
en 3) van zilver met vijf fasen van keel.