
uit het slot van Lochner's voorreden vóór het l»te deel (1740)
van zijne Samlung Merkwurdiger Medaillen dat deze Penning niet
door den beroemden Georg Wilhelm Vestner (geb. te Schweinfurt 1667
overleden in 1740 te Neurenberg) maar door deszelfs zoon Andreas
Vestner, (geb. 1707, Neurenberg, f 1754) is gemaakt. Bij Lochner
IV (1740) blz. 57.
518. Als boven ons no. 514 (Verv. no. 92) doch met geheel verschillende
borstbeelden en M(artinus) H(oltzhey). Kon. P. Kab. Aanio.
1871 blz. 17.
519. (1734?) Armen- of broodpenningen van het H Geest of
Geefhuis te ’s Hertogenbosch. Vijf stuks van verschillende jaren en
grootte. Gat. van Dam blz. 155 no. 4440 (K. P. Kab ) Snoeclc
no. 208.
520. 1734. Stadhuispenning van !s Hertogenbosch. Snoeck no.
no. 46. Vz. Gezicht op de stad van de Zuid- of Vuchterzijde
enz. als no. 44 doch verder tot bijwerk een Mercuriusstaf en een
trompet In de afsnede MDCCXXXIV met een versiersel er onder.
Kz Gezicht op de Noord- of Orthenzijde en op de Dieze, als
Snoeck no. 20 doch in de afsnede, in lofwerk: S. C. Palier no. 44.
521. Als boven. 1734. Vz. als Snoeck no. 44 en ons no. 520,
doch met MDCCXXIin. Kz. Het stadhuis met lofwerk c. a.
als Snoeck no. 18. Kz. Palier no. 45,
522. Als boven. 1734. Snoeck no. 47 Vz. Het stadhuis tus-
schen andere huizen c. a. als v. Orden pl. XIX no. 10. Snoeck
no. 17. Palier no. 46. Kz. als Snoeck no. 18. Kz Palier no. 18.
Ons no. 521 Kz
523. Als boven. 1734. Snoeck no. 49. Palier no. 47. Vz. Gezicht
op de stad van de Noord- of Orthenzijde enz. Snoeck no 20.
Palier no. 19. Kz. Het stadhuis en lofwerk. Snoeck no. 18 Palier
no. 18-
524. 1734 1 Mei, Honderdste planting van den Meiboom te
’s Gravenhage. (Vervolg no. 97 pl X blz. 98). Gesneden door
M. Holtzhey met de wapenschilden1) van Ten Hove, Boutesteyn.
Scheltus, Gouzy en Linthorst.
') Wapenschild van I. ten Hove (Kolonel') van keel, beladen met
een St. Andrieskruis van zilver, tusschen welks hoeken boven: een op
vliegende, dubbele, witte arend en overigens drie scharen (klein) of
knijpers.
525. Als no. 524. Op den kant Johan Gram, Corporaal. Völ-
c k e r no. 1421 Z. 64.5 w. ƒ32 50.
526. Als no. 524, doch op den kant Hendrik van Luttekenhuy-
sen. Landtpassaat. (Cat- van Dam Rb. 3147 Z. ƒ 18. )
527. 1734. Zeshoekige, looden, gegoten penning waarop aan
de Vz. het sierlijke wapenschild van Gouda. Kz. aaneengevoegd
jE, volgens v. Orden, Bijdragen blz. 84 verkorting van AElmoeseniers
Daaronder 1734. Vgl. v. Orden pl. XVIII (1), doch aldaar een
;—-| ten behoeve van het jaartal, dat men dan (ook in 1795) daarin
geplaatst ziet. ')
528. 1734 8 Sept. Zilveren bruiloft van M. Ooms en M C.
Lely. Gegoten zilveren penning naar den bekenden trouwpenning
van Dishoecke'* 2) met gegraveerd randschrift: * Tot Gedagtenisse
der 25-Jaarigc Trouwdag van MATTHYS OOMS en MARGRIETJE
CORNELIS LELY tot Amsterdam den 8 Sept. 1734.
529. Als boven. Gedreven zilveren penning. Vz. Allegorische
voorstelling en op de Kz. in compartiment door engeltjes vastgehouden,
het gegraveerd opschrift: Ter Gedagtenisse der 25-Jaa-
1. Boutesteyn (Hooftman) Van zilver waarin nevens elkander drie
bouten, (au naturel)
L. Scheltus (Gapitein). Van zilver waarin een boom (au naturel)
tegen welken (vis d vis) twee honden opspringen.
A. Gouzy (Luitenant). Gedeeld van zilver, links : een molenwiek ?
rechts : een springend paard.
C. Linthorst (Vaandrig). Doorsneden van zilver; boven: een zittende
gans; beneden : V tusschen twee bloempjes ^
’) Koperen gedreven officiëele bedelaarsplaat (plaque) van de stad
Antwerpen, versierd met de wapens van het markiesaat van het H.
Rijk en vertoonende de letters S(enatus) P(opulus) Q(ue) A(ntverpiae)
en het jaartal 1734. (Musée d’ Anvers, Catalogue p. 158 no. 77-78.)
2) Vz. De Tijd. Obelisk.
Kz. Deez zuyl en t: saam gevloekte handen
Voor vyfentwintig jaar gevest
Syn even vast door liefdens banden
Schoon dat de tyt hun dreigt op lest
Godt laat die ’t silvre feest nu geven
Gezegent ’t goude ook beleven.